RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
zaaknummer: BRE 21/908
uitspraak van de meervoudige kamer van 22 augustus 2024 in de zaak tussen
[belanghebbende] N.V., gevestigd te [plaats] , belanghebbende
(gemachtigde: mr. D.G. Barmentlo ),
de inspecteur van de belastingdienst,
de Staat (de Minister van Justitie en Veiligheid).
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 11 december 2020.
1.1. De inspecteur heeft aan belanghebbende voor het jaar 2013 bij beschikking een vergrijpboete van € 50.000 opgelegd.
1.2. De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende ongegrond verklaard.
1.3. De inspecteur heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
1.4. De rechtbank heeft het beroep op 15 mei 2024 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: namens belanghebbende [naam 1] en mr. [naam 2] , de gemachtigde van belanghebbende, mr. D.G. Barmentlo en kantoorgenoten mr. drs. A.G. Haasnoot en [naam 3] , en namens de inspecteur drs. [inspecteur 1] , mr. [inspecteur 2] , drs. [inspecteur 3] RA, mr. [inspecteur 4] , mr. [inspecteur 5] en [inspecteur 6] RA.
1.5. Bij sluiting van het onderzoek op zitting heeft de rechtbank meegedeeld binnen zes weken uitspraak te doen. De rechtbank heeft de termijn tweemaal verlengd.
2. Belanghebbende is een in Nederland gevestigde vennootschap welke onder andere belastingadviesdiensten verricht.
2.1. [cliënt] was van 2006 tot 2018 cliënt van belanghebbende.
2.2. [cliënt] is via [administratiekantoor] indirect enig aandeelhouder van [B.V. 1] . [B.V. 1] heeft eind 2009 haar dochtervennootschappen verkocht voor een bedrag van circa € 22.500.000.
2.3. Belanghebbende heeft [cliënt] geadviseerd over de fiscale gevolgen van het op verschillende wijze beleggen van de vrijgekomen liquiditeiten. In dat kader heeft belanghebbende aan [cliënt] verschillende opties voorgelegd, waarna [cliënt] heeft gekozen voor het zogenaamde Curaçao-scenario. [naam 4] was in dienstbetrekking bij belanghebbende en heeft contact gehad met [cliënt] in dat kader. Voorts heeft met name zij hem bijgestaan bij de implementatie van deze gekozen structuur.
2.4. In het kader van de gekozen structuur is [B.V. 1] per 1 januari 2010 statutair gevestigd op Curaçao.
2.5. [B.V. 1] heeft vervolgens op 26 maart 2010 [B.V. 2] opgericht. [B.V. 2] is tevens statutair gevestigd op Curaçao.
2.6. Op 19 april 2010 heeft [B.V. 1] financiële activa van € 22.476.630 overgedragen aan [de stichting] , waarbij de Stichting de koopsom schuldig is gebleven. Over de schuld wordt jaarlijks een rentepercentage van 4,25% in rekening gebracht. De bestuurder van de Stichting is [cliënt] . De Stichting is gevestigd op het woonadres van [cliënt] in Nederland.
2.7. Op 20 april 2010 heeft [B.V. 1] de vordering op de Stichting van € 22.476.630 op nieuw uitgegeven aandelen van [B.V. 2] gestort.
2.8. [cliënt] heeft op Curaçao gevestigde trustkantoor [B.V. 3] aangesteld als statutair bestuurder van [B.V. 1] en [B.V. 2] .
2.9. [B.V. 3] is in 2014 gefuseerd met [N.V. 1] , waarna zij samen verder zijn gegaan onder de naam [B.V. 4] . Vanaf 2016 is het statutair bestuur van [B.V. 2] overgegaan naar [B.V. 4] Singapore.
2.10. Het voornaamste activum van [B.V. 2] is de vordering op de Stichting.
2.11. Het dossier behelst onder andere de volgende stukken.
- Brief van 18 december 2009 van [naam 4] en [naam 5] namens belanghebbende aan [cliënt] :
“(…) Bijgaand treft u aan de van [N.V. 2] . ontvangen originele brief met opdrachtbevestiging, management agreement (in tweevoud) en principal party agreement (in tweevoud). Ook treft u aan - in tweevoud - de notulen van de te houden
Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders (BAVA) ten behoeve van de
zetelverplaatsing naar de Nederlandse Antillen per 1 januari 2010.
Hierbij aan u het vriendelijke verzoek om de hierboven genoemde documenten op de
aangegeven plaatsen te tekenen en van alle documenten één exemplaar aan ons te
retourneren per reguliere post waarna wij deze per koerier zullen doorzenden naar [B.V. 3] .
Graag ontvangen wij van de getekende notulen ook een exemplaar per e-mail.
Tot slot horen wij graag van u of u al een naam in gedachten heeft voor de op te richten
vrijgestelde [B.V. 5] ., u zou bijvoorbeeld kunnen denken aan [B.V. 1]
. Wij zullen u begin januari nader informeren over het Fonds voor Gemene
Rekening en met u overleggen over de praktische zaken met betrekking tot de overheveling
van het vermogen naar het Fonds/Stichting [fonds/stichting] .(…)”
- Brief van 5 januari 2010 van [naam 4] en [naam 5] namens belanghebbende aan [B.V. 3] :
“(…) Zoals toegezegd zenden wij bijgaand de onderstaande originele (getekende) documenten.
■ Een door een notaris gecertificeerd kopie paspoort van de heer [cliënt] .
■ Onze brief met cliënt-referentie ten behoeve van [B.V. 1] /
de heer [cliënt] .
■ Een door de heer [cliënt] getekend exemplaar van de opdrachtbevestiging.
■ Een door de heer [cliënt] getekend exemplaar van de management agreement.
■ Een door de heer [cliënt] getekend exemplaar van de principial agreement.
■ Een door de heer [cliënt] getekend exemplaar van de notulen van de
buitengewone vergadering van aandeelhouders ten behoeve van de zetelverplaatsing.
■ Een origineel afschrift van de akte van oprichting d.d. 28 december 1979 en de akten
van statutenwijziging (24 januari 1992 en 30 mei 2002).
■ Het originele aandeelhoudersregister.(…)”
- Brief van 12 januari 2010 van [naam 4] en [naam 5] namens belanghebbende aan [cliënt] :
“(…) Statutenwijziging [cliënt] Holding B.V.
Met betrekking tot de hierboven genoemde vennootschap doen wij de u volgende van
[notariskantoor] ontvangen stukken toekomen:
■ een afschrift van de akte houdende wijziging van de statuten van [cliënt]
Holding B.V., welke werd verleden op [datum] 2009;
■ een afschrift van de doorlopende tekst van de thans geldende statuten;
■ een kopie van het gewijzigd uittreksel van de statuten uit het handelregister.
Zetelverplaatsing [B.V. 1]
Zoals u bekend bevindt de feitelijke leiding van [B.V. 1] zich
sinds 1 januari 2010 op de Nederlandse Antillen. De vennootschap is vanaf deze datum
gevestigd aan de [adres] op Curaçao (Nederlandse Antillen). De vennootschap is
inmiddels ingeschreven in het Antilliaanse handelsregister (zie bijlage). De directie- en
adreswijziging van de vennootschap moeten ook nog in het Nederlandse handelsregister
worden verwerkt. In dit verband verzoek wij u vriendelijk de bijgevoegde formulieren 11, 14
en 16 op de aangegeven plaatsen te dateren en te ondertekenen. De getekende
formulieren (3) kunt u vervolgens per reguliere post naar ons toesturen waarna wij deze
zullen indienen bij de Kamer van Koophandel.(…)”
- Brief van 12 mei 2010 van [naam 4] en [naam 6] namens belanghebbende aan [cliënt] :
“(…) Bijgaand treft u aan de volgende van [B.V. 3] ontvangen originele documenten
■ Het origineel van de door u op 20 april getekende overeenkomst van overdracht van
activa en geldleningsvoorwaarden in tweevoud;
■ De akte van cessie d.d. 20 april 2010 in drievoud.
Ter toelichting op de akte van cessie informeren wij u namens [B.V. 3] dat
[B.V. 1] haar vordering op [de stichting] (per 1 januari 2010: € 22.475.630) als kapitaal heeft afgestort in [B.V. 2] (laatstgenoemde
vennootschap heeft hiervoor 22.475.630 nieuwe aandelen met een nominale waarde van
€ 1 aan haar aandeelhouder uitgegeven). Bijgaand treft u aan een door [B.V. 3] opgestelde
akte van cessie waarmee [de stichting] haar nieuwe schuldeiser [B.V. 2]
erkent.
Wij verzoeken u vriendelijk zorg te dragen voor ondertekening van bovengenoemde akten
en één exemplaar van de akte van overdracht van activa en geldleningsvoorwaarden en
twee exemplaren van de akte van cessie per post aan ons te retourneren
Tot slot informeren wij u dat zodra wij bericht ontvangen van notariskantoor [notariskantoor]
dat de definitieve akte van schenking van de participaties in [familiefonds]
is gepasseerd wij u hiervan een kopie, met als bijlage het overzicht van het
actuele vermogen van [de stichting] t.b.v. [familiefonds] , zullen toesturen.(…)”
- Het controlerapport inzake een boekenonderzoek bij [B.V. 2] met dagtekening 28 mei 2019 waarin staat, voor zover relevant:
“ [B.V. 2] IS IN NEDERLAND BELASTINGPLICHTIG
In de jaren 2010 tot en met 2016 worden door de verschillende trustkantoren meerdere malen besluiten vastgelegd over (interim)dividenduitkeringen. De formalisering door het formele trustbestuur van [B.V. 2] van deze besluiten is een schoolvoorbeeld van 'rubber stamping'. Het formele trustbestuur heeft feitelijk geen beslissingsbevoegdheid en ondertekent slechts wat hem - door de heer [cliënt] - is opgedragen.
Hetzelfde geldt overigens voor de aandeelhoudersvergaderingen. In die vergaderingen worden de (eerder genomen) beslissingen van de heer [cliënt] geformaliseerd. In de gevallen dat de heer [cliënt] deze vergaderingen niet bijwoont, geeft hij (net als bij directiebesluiten het geval is) instructies aan een door hem gevolmachtigde persoon en spaart hij zich een omslachtige en kostbare reis naar Curaçao uit.
Door het formele bestuur van [B.V. 2] mogen en worden geen beslissingen genomen met
betrekking tot het vermogen van deze vennootschap. Al deze beslissingen worden genomen door de heer [cliënt] , in Nederland. Tevens is uit geen enkel schriftelijk stuk gebleken dat het formele bestuur zich bezig houdt met het beheer van het vermogen van ruim € 22 miljoen. Met name is niet gebleken dat sprake is geweest van enig risicobeheer.
De geringe tijd die op jaarbasis door het formele bestuur is besteed aan [B.V. 2] maakt het ook onmogelijk om bestuursverantwoordelijkheid te dragen ove reen belegd vermogen van ruim € 22 miljoen.
Het formele trustbestuur formaliseert slechts instructies van de heer [cliënt] en verricht
daarnaast administratieve en secretariële diensten.
Voor het standpunt dat de werkelijke leiding van [B.V. 2] niet wordt uitgeoefend in Nederland zijn geen argumenten aan te voeren.”
- Direktiebesluit [B.V. 2] d.d. 10 januari 2012:
(…) HEEFT BESLOTEN ALS VOLGT;
1. 925.000 aandelen tegen nominale waarde in te kopen en deze aandelen vervolgens
in te trekken;
2. de winstreserve toe te rekenen aan de resterende aandelen;
3. de uit voornoemde inkoop- en intrekking van aandelen voortvloeiende schuld van de
Vennootschap jegens [B.V. 1] van € 925.000 te verrekenen met het bedrag van €
925.000 (zijnde de Vordering die zal voortvloeien uit de door de Vennootschap namens
[B.V. 1] te betalen interim dividend aan diens aandeelhouder);(…)”
- Brief [B.V. 3] aan de Stichting d.d. 29 december 2011:
“(…) Hierbij informeren wij u dat het [familiefonds] ("het fonds") uit hoofde van de door [B.V. 1] aan het fonds verstrekte lening een bedrag verschuldigd is van EUR 22.475.630,-. Krachtens akte van cessie komt deze vordering op het fonds vanaf 1 januari 2010 toe aan [B.V. 2]
Per heden bedraagt het uitstaande bedrag EUR 22.225.630,-.
De jaarlijkse rente van 4.25% (5 jaar vast) die het fonds over 2011 verschuldigd is, is inmiddels volledig voldaan. De eerstvolgende rentetermijn is per einde maart 2012 verschuldigd. Hiervan krijgt u zoals gebruikelijk een rentenota toegezonden.
Op grond van artikel 5.3 van de overeenkomst kan in onderling overleg een aflossingschema overeengekomen worden, op voorstel van de crediteur. Ons voorstel is thans dat weliswaar nog geen vast aflossingsschema wordt opgesteld, maar dat het fonds begin 2012 een aflossing doet van EUR 250,000 (tweehondervijftig duizend Euro). Zonder tegenbericht zien wij de aflossing graag zo spoedig mogelijk tegemoet middels bancaire overboeking (het rekeningnummer is bij u bekend).(…)”
2.12. Naar aanleiding van boekenonderzoeken bij [B.V. 1] en [B.V. 2] , heeft de inspecteur zich op het standpunt gesteld dat de werkelijke leiding van [B.V. 2] niet op Curaçao is uitgeoefend, maar in Nederland. De inspecteur heeft aan [B.V. 2] vergrijpboetes opgelegd ingevolge artikelen 67d en 67e van de AWR. Tevens heeft de inspecteur aan belanghebbende de onderhavige vergrijpboete opgelegd in de zin van artikel 5:1 van de Awb juncto artikel 67e van de AWR juncto paragraaf 2, 25 en 27 van het Besluit Bestuurlijke Boeten Belastingdienst (BBBB).
2.13. In de brief van de inspecteur aan belanghebbende met dagtekening 11 december 2019 staat voor zover relevant:
“
Betreft: Aankondiging voornemen om boete aan [belanghebbende] NV op te leggen als medepleger/medeplichtige/doen pleger van verboden gedragingen door [B.V. 2]
Aan het bestuur, de directie