ECLI:NL:HR:2008:BD0191
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- C.J.J. van Maanen
- C. Schaap
- J.W.M. Tijnagel
- A.H.T. Heisterkamp
- Rechtspraak.nl
Aanpassing van uitgangspunten voor fiscale bestuurlijke boetes en redelijke termijn in cassatieprocedures
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 19 december 2008 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure van X Holding B.V. tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De zaak betreft een naheffingsaanslag in de loonbelasting/premie volksverzekeringen over het tijdvak van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2001, waarbij ook een boete was opgelegd. De Inspecteur had de boetebeschikking na bezwaar gehandhaafd, en het Hof had het beroep van belanghebbende ongegrond verklaard. Belanghebbende heeft hiertegen cassatie ingesteld.
De Advocaat-Generaal R.E.C.M. Niessen concludeerde tot ongegrondverklaring van het beroep in cassatie, maar de Hoge Raad heeft de uitspraak van het Hof en die van de Inspecteur vernietigd en de boete verminderd tot € 19.774. De Hoge Raad heeft in zijn uitspraak belangrijke uitgangspunten geformuleerd voor gevallen waarin een fiscale bestuurlijke boete in het geding is en de berechting in de cassatieprocedure niet binnen een redelijke termijn heeft plaatsgevonden. De Hoge Raad oordeelt dat bij een overschrijding van de redelijke termijn met niet meer dan twaalf maanden, de boete kan worden verminderd, afhankelijk van de mate van overschrijding.
De Hoge Raad heeft vastgesteld dat in deze zaak de redelijke termijn met meer dan twaalf maanden is overschreden, maar dat de overschrijding niet zo groot was dat een grotere vermindering van de boete gerechtvaardigd was. De Hoge Raad heeft ook geoordeeld dat er geen termen aanwezig zijn voor een veroordeling in de proceskosten. Dit arrest is van belang voor de rechtsontwikkeling en de rechtseenheid, vooral in het belastingrecht en bestuursrecht.