Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 25 juli 2024 in de zaken tussen
mr. [belanghebbende] , uit [plaats 1] (Duitsland), belanghebbende,
de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
.Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Feiten
Motivering
‘Toestemming uitstel afdoening’, niet (meer) over een schriftelijke vastlegging van de gestelde afspraak om de zaken aan te houden. Het dossier bevat, anders dan het tijdsverloop tussen de ingediende bezwaarschriften en de uitspraken op bezwaar en het ontbreken van een ingebrekestelling van de zijde van belanghebbende, ook geen aanwijzingen dat er op of rondom 10 oktober 2018 een afspraak tussen partijen is gemaakt om de zaken aan te houden in afwachting van de uitkomst van de procedures over andere jaren. Zelfs integendeel, de inspecteur heeft bij brief van 11 september 2019 juist zijn voornemen aan belanghebbende kenbaar gemaakt om de zaak over 2012 af te doen en refereert daarbij niet aan een gemaakte afspraak. Dat belanghebbende daarop vervolgens per brief aangeeft dit onbegrijpelijk te vinden omdat er nog geen uitspraak over 2011 is gedaan, acht de rechtbank op zichzelf van onvoldoende gewicht om te constateren dat er tussen partijen een afspraak is gemaakt.