Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
3.Geschil
4.Beoordeling van het geschil
5.Proceskosten
6.Beslissing
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 12 oktober 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen een belanghebbende en de inspecteur van de Belastingdienst over een naheffingsaanslag in de loonheffingen voor het tijdvak van 1 tot en met 31 december 2017. De belanghebbende ontving een naheffingsaanslag van € 24.085, alsook een beschikking belastingrente van € 2.001. De inspecteur had het bezwaar van de belanghebbende afgewezen, waarna de belanghebbende beroep instelde bij de rechtbank. Tijdens de zitting op 20 juli 2022 zijn meerdere zaken behandeld, waaronder deze zaak, waarbij de belanghebbende werd vertegenwoordigd door twee gemachtigden.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de belanghebbende op 21 december 2017 aangifte loonheffingen heeft gedaan en op 23 december 2019 een correctiebericht heeft ingediend. De inspecteur legde op 14 januari 2020 de naheffingsaanslag op. De kern van het geschil was of de belastingrente correct was berekend. De rechtbank oordeelde dat de inspecteur terecht belastingrente in rekening had gebracht vanaf 1 januari 2018, in overeenstemming met artikel 30h van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR). De rechtbank verwierp ook het beroep van de belanghebbende op begunstigend beleid, aangezien dit beleid was ingetrokken vóór de periode waarover de belastingrente was berekend.
De rechtbank concludeerde dat het beroep van de belanghebbende ongegrond was en dat er geen aanleiding was voor een proceskostenvergoeding. Tevens werd vastgesteld dat de redelijke termijn voor de behandeling van de zaak was overschreden, wat leidde tot een schadevergoeding van € 2.500, maar deze was al toegekend in een andere zaak. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en gaf aan dat partijen binnen zes weken hoger beroep konden instellen bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.