ECLI:NL:RBROT:2021:10277
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening AOW-pensioen wegens verblijf in Suriname voor onafhankelijkheid
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 21 oktober 2021 uitspraak gedaan in het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar verzoek om herziening van de toekenningsbeslissing van haar AOW-pensioen. Eiseres, die in Suriname woonde vóór de onafhankelijkheid, heeft geen AOW-pensioen opgebouwd voor de jaren dat zij daar verbleef. De rechtbank oordeelt dat onder het begrip 'het Rijk', zoals dat in de AOW was opgenomen tot 1990, Suriname niet valt, aangezien de AOW enkel van toepassing is op het deel van het Koninkrijk dat in Europa ligt, te weten Nederland. Eiseres heeft in haar bezwaar aangevoerd dat er sprake is van een niet gerechtvaardigde ongelijke behandeling naar woonplaats, maar de rechtbank oordeelt dat dit niet het geval is. De rechtbank stelt vast dat het besluit van 30 mei 2007, waarbij eiseres een AOW-pensioen met een korting van 10% is toegekend, in rechte vaststaat omdat daartegen geen bezwaar is gemaakt. De rechtbank concludeert dat verweerder op goede gronden het verzoek om herziening heeft afgewezen, omdat eiseres geen nieuwe feiten of omstandigheden heeft aangevoerd die aanleiding geven tot een andere beslissing. De rechtbank wijst het beroep van eiseres ongegrond en verklaart dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling.