Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 22 oktober 2020 in de zaken tussen
[eiseres] , te [plaats] , eiseres,
de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, verweerder,
de Staat der Nederlanden (de minister van Justitie en Veiligheid).
Procesverloop
Overwegingen
Tijdens de inspectie bevond ik mij in de slachthal bij de kantelaar van [eiseres] , waar containers met levend, onbedwelmd pluimvee worden gelost. Ik zag hier dat bij een container die zojuist gekanteld was nog 1 klep dichtzat. Ik ben vervolgens de trap bij de kantelaar opgelopen zodat ik de container op de transportband beter kon zien. De container werd door 2 medewerkers iets naar achter verplaatst vanaf de kantelaar. Ik zag toen duidelijk dat er 1 klep nog dicht zat. De andere kleppen waren open en bijna alle kuikens waren uit deze lades door het kantelen, ik zag dat er 1 achter was gebleven in een lade en deze werd er met de hand uitgehaald. Ik zag dat de medewerkers met de hand de dichte klep openden. Toen deze open was zag ik dat alle kuikens in deze lade op elkaar gedrukt vlak achter de klep zaten door het kantelen. Deze kuikens werden met de hand uit de lade gehaald en op de dumpband gezet. Toen de medewerkers zo alle kuikens uit de lade hadden gehaald zag ik dat 1 medewerker snel de trap af liep om onder de kantelaar te komen. Ik liep achter hem aan en zag daar dat 1 kuiken op een onderdeel onder de kantelaar zat (zie foto’s). Dit kuiken is daar weggehaald door de medewerker en vervolgens bij de DOA zoeker op de transportband gezet. Ik hoorde vocalisaties van zowel de kuikens die uit de lade gehaald werden als het kuiken dat onder de kantelaar weggehaald werd, dit is een teken van spanning. Ik stelde vast dat de dieren niet elke vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden werd bespaard.”
Na de kanteling, die ik heb gezien, werd de geleegde container die inmiddels weer recht stond gecontroleerd door de medewerker die erop moet toezien dat de kanteling correct verloopt. Hij en ik zagen toen dat de klep van de rechter onder la van de rij van 4 niet geopend was bij de kanteling en de kuikens nog in de lade zaten. Tijdens de kanteling was de klep van de container ten gevolge van een technisch mankement niet geopend waardoor de kuikens tegen de klep en boven op elkaar werden gedrukt omdat ze niet uit de container konden glijden. De medewerker heeft toen handmatig de klep geopend en daarna (volgens recente afspraken) de container weer gekanteld zodat de kuikens eruit konden. Uit de containers gelost levend pluimvee werd bij het verplaatsen niet beschermd tegen elke vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden. Uit mijn deskundigheid als dierenarts concludeer ik dat de kuikens in deze situatie, door het op en tegen elkaar vallen van kuikens, niet elke vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden is bespaard.”
Tijdens controle van de slachtplanning van donderdag 07-12-2017 omstreeks 16:00 uur viel mij op dat er op de planning bij koppel 8 stal 2 van mester [naam] 35 kuikens per lade gepland stonden. Aangezien bij het kantelen met 32 kuikens per lade het kantelen nog acceptabel is maar bij 35 kuikens per lade (bij deze containers en afmeting en snelheid van de band waarop de kuikens gekanteld worden) er altijd sprake is van ruw kantelen. Ik ben daarom tijdens het slachten van koppel 8 stal 2 van mester [naam] uit
- op zodanige wijze op de lege dumpband gekanteld werden dat de kuikens uit één container op sommige plaatsen drie lagen dik op elkaar gestapeld werden;
- reacties vertoonden die tekenen zijn van pijn, spanning of lijden, namelijk: vleugel fladderen, worstelen om overeind te blijven of om op te staan en een toename van vocalisatie in vergelijking met de situatie van rust voorafgaande aan het kantelen;
- kuikens die terug liepen richting kantelaar waardoor ze bedolven werden onder de kuikens van de volgende container.
Tijdens mijn inspectie, omstreeks 16:45 uur, bevond ik mij op het bordes. De zijdeurtjes van de kantelaar had ik geopend, waardoor ik zicht had op de dumpband en de opening van de kantelaar, waarop de container aansluit bij het kantelen. De operator bevond zich naast mij op het bordes, achter het gesloten schuifhek. Na de kanteling, die ik heb gezien, werd de geleegde container die inmiddels weer recht stond gecontroleerd door de medewerker die erop moet toezien dat de kanteling correct verloopt. Hij en ik zagen toen dat de klep van de linker onder la van de rij van 4 niet geopend was bij de kanteling en de kuikens nog in de lade zaten. Tijdens de kanteling was de klep van de container t.g.v. een technisch mankement niet geopend waardoor de kuikens tegen de klep en boven op mekaar werden gedrukt omdat ze niet uit de container konden glijden. De medewerker heeft toen handmatig de klep geopend en daarna (volgens recente afspraken) de container weer gekanteld zodat de kuikens eruit konden. Uit de containers gelost levend pluimvee werd bij het verplaatsen niet beschermd tegen elke vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden.
- op zodanige wijze op de lege dumpband gekanteld werden dat de kuikens uit één container op sommige plaatsen drie lagen dik op elkaar gestapeld werden;
- reacties vertoonden die tekenen zijn van pijn, spanning of lijden, namelijk: vleugel fladderen, worstelen om overeind te blijven of om op te staan en een toename van vocalisatie in vergelijking met de situatie van rust voorafgaande aan het kantelen;
- kuikens die terug liepen richting kantelaar waardoor ze bedolven werden onder de kuikens van de volgende container;
- bij iedere kanteling bleven één of meerdere kuikens zitten op de randen van de kantelaar, waardoor deze bedolven werden onder de kuikens van de volgende container.
Tijdens mijn inspectie bevond ik mij in de aanvoerhal ter hoogte van de kantelaar. Ik stond onderaan de trap die naar de kantelaar leidt. Ik had net de AM-controle uitgevoerd van de aangevoerde vleeskuikens die in de aanvoerhal stonden en was op weg naar de CAS-gasverdover om de gasbedwelming van de kuikens te beoordelen. Ik zag, toen ik mij onderaan de trap naar de kantelaar bevond, dat er net een container met kuikens werd gekanteld. Ik zag dat de gekantelde container een hoek van tenminste 45 ° maakte ten opzichte van de (horizontale) uitgangspositie van de container. Ik zag dat de kuikens in de rechteronderlade door het kantelen tegen elkaar gleden en vielen en bovenop elkaar lagen (zie foto 1). De kuikens uit de overige 7 lades waren door het kantelen op de aanvoerband gegleden. Ik zag dat de container weer terugzakte in de (horizontale) uitgangspositie en
Tijdens mijn inspectie bevond ik mij op het bordes aan de zijkant van de kantelaar. De zijdeurtjes van de kantelaar had ik geopend, waardoor ik zicht had op de dumpband en de opening van de kantelaar, waarop de container aansluit bij het kantelen. De operator bevond zich naast mij op het bordes, achter het gesloten schuifhek. Ik bekeek een kanteling. Ik zag dat op het moment dat de container op zijn diepst gekanteld was, dat er uit één lade geen kuikens gleden en dat de klep gesloten bleef. Ik zag dat in de lade, waarvan de klep niet geopend was, de kuikens op en tegen elkaar in de lade werden gedrukt en werden tegengehouden door de dichte klep. Vervolgens kantelde de container weer naar zijn horizontale positie terug. Vervolgens zag ik dat de operator naar de achterkant van de container was gelopen en met een metalen staaf de - nog steeds - gesloten klep opende, door
Beslissing
- verklaart de beroepen ROT 19/866 en ROT 19/2795 gegrond;
- vernietigt de bestreden besluiten in ROT 19/866 en ROT 19/2795 voor zover die zien op de hoogte van de boetes;
- herroept de primaire besluiten in ROT 19/866 en ROT 19/2795 voor zover die zien op de hoogte van de boetes;
- stelt het boetebedrag in ROT 19/866 (boetezaak 201705938) vast op € 4.250,-;
- stelt de boetebedragen in ROT 19/2795 vast op € 4.500,- (boetezaken 201800238, 201800276 en 201800277) en op € 4.750,- (boetezaken 201800252 en 201801609);
- bepaalt dat verweerder aan eiseres € 80,- aan griffierecht vergoedt;
- bepaalt dat de Staat der Nederlanden (de minister van Justitie en Veiligheid) aan eiseres € 610,- aan griffierecht vergoedt;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 121,-;
- veroordeelt de Staat der Nederlanden (de minister van Justitie en Veiligheid) in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 929,-.