ECLI:NL:RBROT:2016:2335
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- W.M.P.M. Weerdestein
- L.A.C. van Nifterick
- J. Bergen
- Rechtspraak.nl
Herhaald beroep wegens niet tijdig beslissen door bestuursorgaan
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 30 maart 2016 uitspraak gedaan in een herhaald beroep van eiser tegen het niet tijdig beslissen door het college van burgemeester en wethouders van Ridderkerk. Eiser had eerder, op 1 juni 2015, beroep ingesteld wegens het niet tijdig beslissen op zijn bezwaar tegen een besluit van 7 juli 2014, waarbij zijn verzoek om openbaarmaking van documenten op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) was afgewezen. Dit eerdere beroep werd echter niet-ontvankelijk verklaard omdat eiser verzuimd had tijdig griffierecht te betalen.
Eiser heeft op 12 oktober 2015 opnieuw beroep ingesteld, ditmaal wegens het niet tijdig beslissen op zijn bezwaar. De rechtbank oordeelde dat, hoewel het uitgangspunt van litis finiri oportet zich verzet tegen herhaald beroep tegen dezelfde beslissing, in dit geval het herhaalde beroep betrekking had op het niet tijdig beslissen, wat voortduurt na de eerdere uitspraak. De rechtbank concludeerde dat het beroep ontvankelijk was, maar dat het beroepschrift onredelijk laat was ingediend, aangezien er een periode van zes maanden lag tussen de ingebrekestelling en de indiening van het beroep.
Daarom verklaarde de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee leden, en werd openbaar uitgesproken. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen zes weken na verzending.