ECLI:NL:RVS:2015:1790

Raad van State

Datum uitspraak
27 mei 2015
Publicatiedatum
5 juni 2015
Zaaknummer
201306924/1/V6
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Verzet
Rechters
  • E. Steendijk
  • C.M. Woestenburg-Bertels
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onbevoegdheid van de Afdeling bestuursrechtspraak in verzet tegen eerdere uitspraken

In deze zaak heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 27 mei 2015 uitspraak gedaan op het verzet van [opposante] tegen eerdere uitspraken. De zaak betreft een verzet tegen een uitspraak van 17 januari 2014, waarin het hoger beroep niet-ontvankelijk werd verklaard. De Afdeling had eerder op 3 december 2014 het verzet tegen deze uitspraak ongegrond verklaard. De opposante heeft opnieuw verzet aangetekend, maar de Afdeling verklaarde zich onbevoegd om van het verzet kennis te nemen. De Afdeling oordeelde dat er geen aanleiding was om de eerdere uitspraken te vervallen te verklaren, aangezien vervallenverklaring slechts in zeer bijzondere gevallen kan worden toegepast. De argumenten van de opposante werden gezien als een herhaling van eerdere stellingen, zonder dat er sprake was van evidente fouten die herstel vereisten. De uitspraak bevestigt dat de eerdere beslissingen in stand blijven en dat er geen proceskostenveroordeling plaatsvond.

Uitspraak

201306924/3/V6.
Datum uitspraak: 27 mei 2015
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak op het verzet (artikel 8:55 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb)) van:
[opposante], wonend te [plaats] (Aruba),
tegen de uitspraak van de Afdeling van 17 januari 2014 in zaak nr. 201306924/1/V6.
Procesverloop
Bij uitspraak van 17 januari 2014, in zaak nr. 201306924/1/V6, heeft de Afdeling na vereenvoudigde behandeling het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak is aangehecht.
Bij uitspraak van 3 december 2014, in zaak nr. 201306924/2/V6, heeft de Afdeling het door [opposante] hiertegen gedane verzet ongegrond verklaard. De uitspraak is aangehecht.
Tegen de uitspraak van de Afdeling van 17 januari 2014 heeft [opposante] opnieuw verzet gedaan.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
Overwegingen
1. Ingevolge artikel 8:55, achtste lid, van de Awb blijft, indien het verzet ongegrond is verklaard, de uitspraak waartegen verzet was gedaan in stand.
2. Bij de uitspraak van 3 december 2014 heeft de Afdeling het tegen de uitspraak van 17 januari 2014 gedane verzet ongegrond verklaard. Aangezien het geding met deze uitspraak is geëindigd, kan tegen de uitspraak van 17 januari 2014 niet opnieuw verzet worden gedaan.
2.1. Voor zover [opposante] beoogt dat de Afdeling haar uitspraak van 17 januari 2014, en dus ook haar uitspraak van 3 december 2014, vervallen verklaart, bestaat hiertoe geen aanleiding. Vervallenverklaring is een buitenwettelijk middel dat slechts in zeer bijzondere gevallen wordt gehanteerd. Het dient uitsluitend tot herstel van evidente, niet voor rectificatie vatbare fouten van de rechter die niet door het instellen van enig rechtsmiddel kunnen worden ondervangen. Hetgeen [opposante] aanvoert is in grote lijnen een herhaling van hetgeen zij in het eerdere verzet heeft aangevoerd. Van evidente fouten als hiervoor bedoeld is niet gebleken.
3. De Afdeling is kennelijk onbevoegd van het verzet kennis te nemen.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
verklaart zich onbevoegd van het verzet kennis te nemen.
Aldus vastgesteld door mr. E. Steendijk, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. C.M. Woestenburg-Bertels, griffier.
w.g., Steendijk w.g. Woestenburg-Bertels
lid van de enkelvoudige kamer griffier
Uitgesproken in het openbaar op 27 mei 2015
501.