ECLI:NL:RBOBR:2019:6248
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Bepaling WOZ-waarde van een kinderdagverblijf met buitenschoolse opvang en de onderbouwing van technische en functionele veroudering
In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 29 oktober 2019 uitspraak gedaan in een geschil over de WOZ-waarde van een kinderdagverblijf met buitenschoolse opvang, gelegen in de gemeente Meierijstad. Eiseres, een stichting die het kinderdagverblijf exploiteert, heeft beroep ingesteld tegen de vastgestelde waarde van € 445.000,- voor het kalenderjaar 2018, zoals vastgesteld door de heffingsambtenaar. Eiseres betoogde dat de waarde te hoog was en verwees naar een taxatierapport dat een lagere waarde van € 380.000,- stelde. De rechtbank heeft de objectkenmerken als niet in geschil erkend en geconcludeerd dat de waarde moet worden bepaald op basis van de gecorrigeerde vervangingswaarde, waarbij rekening moet worden gehouden met technische en functionele veroudering.
De rechtbank heeft overwogen dat de bewijslast voor de stelling dat de vastgestelde waarde te hoog is, in beginsel op de verweerder rust, maar dat eiseres bij het inroepen van een correctie voor functionele veroudering deze moet onderbouwen. Eiseres heeft aangevoerd dat verweerder te hoge restwaarden heeft gehanteerd, maar de rechtbank oordeelde dat verweerder zich mocht baseren op de Taxatiewijzer en dat er geen aanwijzingen waren dat de taxateur niet zorgvuldig had gehandeld. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres niet voldoende bewijs heeft geleverd voor haar stelling dat de waarde te hoog was en dat de correctie voor functionele veroudering te laag was.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep binnen zes weken na verzending van de uitspraak.