Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
hierna te noemen: [veroordeelde]
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
- [medeveroordeelde 1] (16/169879-20);
- [medeveroordeelde 2] (16/169884-20);
- [medeveroordeelde 3] (16/169860-20);
- [medeveroordeelde 4] (16/194307-20);
- [medeveroordeelde 5] (16/194315-20);
2.VORDERING
€ 1.564.024,15.
3.Bespreking en beoordeling van de verweren met betrekking tot Encrochat
verkrijging(interceptie) van de Encrochatdata. Immers, artikel 31 van richtlijn 2014/41 beoogt dus niet alleen te waarborgen dat de soevereiniteit van de in kennis gestelde lidstaat wordt geëerbiedigd, maar ook dat het in die lidstaat gewaarborgde beschermingsniveau met betrekking tot de interceptie van telecommunicatie niet in gevaar wordt gebracht. [3] Met dit artikel wordt ook de bescherming van de rechten van de gebruikers beoogd op wie de maatregel is gericht.
Met betrekking tot de onrechtmatigheden heeft de raadsman aangevoerd dat (1) geen notificatie aan de bevoegde autoriteit in Nederland is verstuurd én dat (2) de bevoegde autoriteit, waarbij wordt gedoeld op de rechter-commissaris van de rechtbank Rotterdam, nooit de interceptie had (kunnen) toe(ge)staan op basis van de Franse informatie op grond waarvan de interceptie is ingezet. Volgens de raadsman is dan ook sprake van schending van het Unierecht.
Mocht de rechtbank dit anders zien, dan is volgens de verdediging alsnog sprake van schending van het Unierecht gelet op de artikelen 20 en 13, derde lid, van de EU Overeenkomst. Deze schending moet volgens jurisprudentie van het HvJ EU leiden tot bewijsuitsluiting.
- het horen van verbalisant [verbalisant] ;
- het horen van verbalisant [nummer] ;
- het doen laten verrichten van nader onderzoek door deskundige [nummer] ;
- het laten opmaken van een aanvullend proces-verbaal (door de genoemde verbalisant(en), al dan niet in gezamenlijkheid;
- het verstrekken van de locatiedata per Encrochatbericht;
- het horen van [A] (hoofdverantwoordelijke bij – kort gezegd - de Franse opsporing).
4.BEOORDELING VAN DE VORDERING
winstberekening methlabs tbv wederrechtelijk verkregen voordeel’. [8]
- ‘ [bijnaam] ’ ( [accountnaam 5] (de rechtbank begrijpt: de ‘pot’ die betrekking heeft op productielocatie [plaats] );
- ‘eigen pot’ (de rechtbank begrijpt: de ‘pot’ die betrekking heeft op de verdachten in onderzoek Appel)
- ‘ [accountnaam 3] ’ ( [accountnaam 3] (de rechtbank begrijpt: de ‘pot’ die betrekking heeft op de groep ‘ [locatie] / [locatie] ’).
€ 130.000,- geïnvesteerde gelden vanuit de groep Appel moet ook nog wat leefgeld aan [medeveroordeelde 1] en ‘ [bijnaam] ’ ( [medeveroordeelde 7] ) worden gegeven.
periode II:
- op 29 maart 2020 voeren [veroordeelde] en [D] een gesprek over een kok. Deze kok moet doen wat hij bij de vorige plek ook deed. [veroordeelde] geeft aan dat ‘ [bijnaam] ’ het fout gedaan heeft, maar dat de kok het heeft voorgedaan;
- dezelfde dag heeft [veroordeelde] weer contact met [D] over het rendement. Dit moet zijn zoals op de vorige locatie;
- op 8 april 2020 vraagt [medeveroordeelde 4] zich in een gesprek met [veroordeelde] zich af waarom je zoveel afval hebt. [veroordeelde] geeft dan aan dat zij dat altijd het weiland in pompten;
- op 7 mei 2020 vraagt [medeveroordeelde 3] aan [veroordeelde] of zij het afval ook in de grond lieten lopen. [veroordeelde] beaamt dit. [veroordeelde] zegt dat hierbij door hen een grondboor werd gebruikt, ‘lekker diep’. [medeveroordeelde 3] vraagt zich af of de grond op den duur dan niet verzadigd is en [veroordeelde] zegt dat je het op ph 7.0 moet zitten. Dat is neutraal. [medeveroordeelde 3] gaat het proberen.
naarons” en “naar [bijnaam] ”.Ook wordt er door [veroordeelde] onder het rekeningoverzicht onder meer gezegd
: “dit is watwejou moesten betalen. Min de bedragen diewijbetaald hebben. Totaal van fie plek”.
5.BETALINGSVERPLICHTING
€ 919.849,55 (€ 924.849,55 - € 5.000,-).