Uitspraak
1.De inhoud van de tenlastelegging
Misschien dat het toch wel mijn stem is, maar kan het zelf niet zo goed terug horen, mijn gehoor is niet zo goed”. [15]
ECLI:NL:HR:2009:BJ3537). De rechtbank gaat er bij dit dwangmiddel vanuit dat er doelbewust een foute voorstelling van zaken wordt gegeven, iemand wordt overtuigd van iets dat niet waar is, waardoor die persoon iets gaat doen dat hij anders niet zou hebben gedaan. Ook dit dwangmiddel is subjectief.
ECLI:NL:HR:2009:BJ3537). Deze dwangmiddelen, die objectief moeten worden vastgesteld, kunnen elkaar deels overlappen. Deze ‘misbruikdwangmiddelen’ kunnen veelal uit de omstandigheden worden afgeleid. De verdachte moet zich wel bewust zijn geweest van de relevante feitelijke omstandigheden van de betrokkene waaruit het overwicht voortvloeide of verondersteld wordt voort te hebben gevloeid, in die zin dat voorwaardelijk opzet ten aanzien van die omstandigheden bij hem aanwezig moet zijn. Datzelfde geldt voor gevallen waarin sprake is van een kwetsbare positie van het slachtoffer (HR 27 oktober 2009,
ECLI:NL:HR:2009:BI7099) . De Hoge Raad heeft daarbij expliciet overwogen dat niet is vereist dat doelbewust misbruik is gemaakt van de kwetsbare positie van het slachtoffer.
ECLI:NL:HR:2009:BI7099).
ECLI:NL:HR:2009:BI7099; HR 24 november 2015,
ECLI:NL:HR:2015:3309). Deze factoren zijn niet cumulatief. De strafbaarstelling van sub 1 ziet - hoewel een bewezenverklaring tot een voltooid delict leidt – in feite immers op het voorbereidingsdelict voorafgaand aan de daadwerkelijke uitbuiting. In een dergelijk geval zijn (nog) niet alle genoemde elementen aan de orde. Er kan dan wel worden gekeken naar bijvoorbeeld de modus operandi, huisvesting en afspraken.
ECLI:NL:HR:2016:2771).
ECLI:NL:HR:2015:1100).
ECLI:NL:HR:2016:554).
ECLI:NL:HR:2015:2467). De profijttrekker kan een ander zijn dan degene die de uitbuitingssituatie heeft gecreëerd. Een dwangmiddel is hier niet nodig.
- Op 4 augustus 2018 stuurde [slachtoffer] een verslag aan [naam 5] , waaruit blijkt dat [medeverdachte] zich zorgen maakte over de schenkbelasting en of ze het op een lening konden laten lijken. Verder werd er gesproken over de aanleg van een nieuwe tuin.
- Op 22 augustus 2018 had [slachtoffer] in de avond een verjaardag, maar ze werd er door [medeverdachte] op gewezen dat ze een curfew (
- Diezelfde dag liet ze de bigband weten in overleg met haar psycholoog per direct te stoppen. Een afschrift van dit e-mailbericht stuurde ze naar [naam 5] .
- Op 9 september 2018 stuurde ze een verslag naar [naam 5] , waarin ze onder andere aangaf dat ze ergens geld vandaan moest zien te halen, omdat ze niet had voorzien dat de tuin zo duur zou worden.
€ 13.000,- aan haar vriendin. [36]
- Op 19 september 2018 e-mailde ze [naam 5] een brief die ze aan haar moeder had geschreven.
- Op 22 september 2018 schreef ze dat [naam 5] had aangegeven dat de brief aan haar moeder bozer moest.
- In september 2018 verstuurde ze een afbeelding van een WhatsApp-gesprek met [medeverdachte] , waarin [medeverdachte] aangaf dat het het beste zou zijn als de factuur op naam van moeders (de rechtbank begrijpt: [verdachte] ) kwam. [slachtoffer] wist niet hoe ze dit moest betalen.
- Op 5 november 2018 stuurde ze [naam 5] een brief aan haar broer en zus, waarin ze onder andere het volgende schreef: ‘Mijn psycholoog, [naam 5] , heb ik via [medeverdachte] leren kennen en hij neemt echt de tijd voor me. Het is een heel intensief en emotioneel traject wat ook veel energie en zeker ook 24/7 aandacht vraagt. Ik ben met [naam 5] dus bezig met gedragsmodificatie. Het gaat om bewust worden van de slechte dingen in mezelf en die aanpakken. Tijdelijk geen contact houden met pa en ma is er daar één van. Ik heb in juli/augustus ook alle orkesten opgezegd. Mijn motor stond al 2 jaar stil. De keus om te verkopen was ook een emotionele stap. Afsluiten van een verleden en ruimte maken voor nieuwe dingen.’ Vervolgens vroeg ze aan [naam 5] of dit was wat er werd bedoeld.
- Op 10 november 2018 schreef ze dat ze besefte dat ze het met haar huidige financiële plan niet meer ging redden. Aan de ene kant voelde het alsof de kosten expres werden opgejaagd, maar aan de andere kant wist ze ook dat het puur ging om het einddoel: rust voor [medeverdachte] en [verdachte] .
- Op 16 november 2018 schreef [slachtoffer] dat ze niet meer durfde te vertrouwen op haar eigen gevoel en intuïtie, maar dat ze alleen afging op wat anderen aangaven.
- Op 17 december 2018 liet [naam 5] weten dat de sanctie ‘boodschappen’ voort zou duren tot en met maart 2019. [slachtoffer] antwoordde hierop: ‘Als ik terug denk aan gister en dat ik dus een aantal cruciale dingen niet heb gehoord en ‘vergeten’ ben, grijpt de stress me naar mijn strot. Ik weet niet of ik nu iets vergeet’. Daarbij somde ze de volgende zaken op: uitzoeken leaseauto, rolluiken, armsteun, navigatie, winterbanden, maagverkleining, laminaat, schenkbelasting en airco.
- Op 20 december 2018 gaf [naam 5] aan dat de sanctie per direct in ging, dus inclusief kerstboodschappen.
- Op 7 januari 2019 kreeg [slachtoffer] van [naam 5] als huiswerk het beschrijven van 16 kenmerken van haar rotgedrag en wat haar acties waren om dit per direct te veranderen.
- Op 21 januari 2019 kreeg ze van [naam 5] de opdracht om naar de opgenomen therapiesessies van [medeverdachte] te luisteren en dat ze terug moest koppelen wat ze hoorde en voelde.
- Op 28 januari 2019 e-mailde [naam 5] : ‘Ik snap datje het eng vindt om verder te schrijven dan een gevoel van vriendschap. Maar je moet juist die comfort zone uit om te ontdekken wat het los maakt als je WEL schrijft vanuit verliefdheid. Geloof me... het leidt ergens heen. Je wordt nergens op veroordeeld. Je moetje er aan overgeven.’
- Diezelfde dag gaf [naam 5] aan dat hij woest begon te worden, omdat het verslag en de opdracht te laat waren.
- Op 29 januari 2019 om 2:56 uur vroeg [slachtoffer] [naam 5] of het oké was als ze een paar uurtjes slaap probeerde te pakken en de brief morgenavond af zou maken. Om 3:15 uur schreef ze: ‘Ik rol om van de slaap maar wil eigenlijk niet stoppen met schrijven zolang jij daar nog niet iets over hebt geroepen. Ik zit op de goede fiets maar ik heb nog een hele lange weg te gaan dus het gaat nog heel lang duren voordat deze versie af is. Dus eh ... vind je het oké als ik mijn bed in duik?’
- In januari 2019 kreeg [slachtoffer] een sanctie van € 898,10.
- In april 2019 liet [naam 5] weten dat [slachtoffer] het uitkeringsbedrag van [medeverdachte] tegemoet moest komen, omdat [medeverdachte] in nettoloon van € 1.874,- terug ging naar € 1.124,-. Het verschil van € 750,- ging in april 2019 in. Volgens [naam 5] had [slachtoffer] hiermee ingestemd. [slachtoffer] antwoordde hierop dat ze daar geen keuze in had.
- Op 20 mei 2019 gaf [naam 5] aan dat het sanctiebedrag van de dag daarvoor mocht worden aangepast naar € 50.000,-.
- In mei 2019 moest ze alle afspraken met o.a. [naam 6] en [naam 5] op papier zetten en deze twee weken lang drie keer per dag lezen.
- In mei 2019 werd een bedrag van € 11.000,- begroot ten gunste van lichaamsverbetering (huidcorrectie) voor [medeverdachte] . Dit bedrag moest [slachtoffer] contant overhandigen.
- In juni 2019 schreef [slachtoffer] : ‘Ik zit klem. Durf niet te vragen wat consequentie is. Durf ook niets te beloven... zal salaris moeten pinnen tot max rn dan masr zien hoe dat met credit crad en hypotheek en uwv gaat lopen.’
- In juni 2019 liet [naam 5] weten dat [slachtoffer] € 5.400,- per maand moest betalen. Ook moest de tuin van [medeverdachte] en [verdachte] op kosten van [slachtoffer] worden gedaan.
- Op 17 juni 2019 schreef [naam 5] het volgende over de weekendstand: ‘Totaal stil: 3 uur en 43 minuten. Daar zijn de stilte in je de verslagen van [slachtoffer] nog niet bijgeteld. 223 minuten x 60 x 5= 66.900’. Daarbij kreeg [slachtoffer] de opdracht dat ze voorlopig geen stap mocht doen zonder [naam 6] of [naam 5] te raadplegen. Ook mocht ze zelf geen beslissingen nemen.
- Er was een deadline voor het betalen van € 2.700,- op 25 juni 2019. Als [slachtoffer] dit niet zou betalen, zou per 1 juli 2019 de ton schuld worden verdubbeld.
- In de eerste week van juli 2019 moest [slachtoffer] de bijdrage ‘eigen risico zorgverzekering’ hebben betaald.
- In juli 2019 liet [naam 5] weten dat de maandelijkse bijdrage ‘loon’ terug zou gaan naar € 1.658,10. Bij de verkoop van het huis van [slachtoffer] moest dit verschil (per maand € 2.700,- min € 750,-) alsnog worden betaald. Als het gedrag van [slachtoffer] niet perfect zou worden en blijven, zou dit direct worden teruggedraaid.
- In juli 2019 vertelde [slachtoffer] over het opzetten van de hypotheek en het vrijkomen van € 25.000,-. [naam 8] heeft [slachtoffer] een aantal voorstellen gedaan om haar tegemoet te komen qua sancties, omdat ze initiatief heeft getoond. Hieraan zijn de voorwaarden verbonden dat haar gedrag goed zou blijven en dat dat geld inderdaad vrij zou komen. Er werd een plan gemaakt voor dit geldbedrag. De auto had op dat moment een hoge prioriteit, maar dit ging niet van het budget af.
- Op 17 september 2019 vroeg [slachtoffer] toestemming aan [naam 8] om een goedkopere huurwoning te zoeken.
- [slachtoffer] moest een tuinman laten komen voor het onkruid, maar gaf aan dat ze dit niet kon betalen. [naam 5] had hier geen boodschap aan.
- [slachtoffer] vroeg uitstel van betaling voor haar weekbijdrage en was geld bij elkaar aan het sprokkelen.
- Voor het niet nakomen van afspraken met o.a. [naam 5] kreeg [slachtoffer] de volgende sancties: verlenging van de boodschappen voor een jaar en ‘for life’ schoonmaak bij moeders en/of [medeverdachte] (de rechtbank begrijpt: [verdachte] en [medeverdachte] ) thuis, dat wil zeggen op twee plekken als moeders onverhoopt niet meer thuis kon wonen.
- Een van de [naam 13] bepaalde dat de keuken voor rekening van [slachtoffer] was.
- De vijfsecondenregel kwam aan de orde.
- Er werd een schema bijgehouden met alle sancties en kostenbegrotingen.
- Er waren tijdelijke en levenslange sancties.
- Een van de [naam 13] stelde: ‘Waar je niet aan gaat voldoen, zal rentegevolgen hebben die net zo onredelijk zijn als je gedrag. 300%’.
- [slachtoffer] kreeg de opdracht om € 3.000,- in de anonieme pot te doen, omdat haar brieven voor een aantal [naam 13] niet op tijd klaar waren.
- Het betalen van de schoonmaakster [naam 9] .
- De aankoop van de BMW werd besproken. Daarbij is vijf jaar onderhoud standaard, maar als sanctie moest dit worden verhoogd naar tien jaar onderhoud, inclusief beurten.
- Er werd besproken dat er een badkamer zou worden aangeschaft op kosten van [slachtoffer] .
- Toen de badkamer, keuken, hal en het schilderwerk in de woonkamer en het toilet werden gedaan, verbleven [medeverdachte] en [verdachte] in een vakantiehuis.
- [slachtoffer] moest een kamer bij [naam 14] betalen.
- [slachtoffer] kreeg schrijfopdrachten. Voor elke opdracht moest ze minimaal twee pagina’s schrijven over onderwerpen als haar visie op zelfsabotage, haar visie op zelfdestructie, de signalen die ze afgaf met haar gedrag, welke kenmerken van haar gedrag drastisch moesten veranderen en hoe ze dat ging doen, de reden dat ze de uitdagingen in haar g-schema’s maar beperkt toepaste en wat ervoor nodig was om zichzelf te motiveren. Ze moest ook dagverslagen maken, gedragsevaluaties schrijven en een voortgangsdocument bijhouden. Ook moest ze een verslag maken na iedere keer dat ze bij [medeverdachte] was geweest.
- [slachtoffer] gaf aan dat ze al uren aan het tikken was voor het basisverslag, maar dat het nog steeds niet af was.
- Per week was één dag therapie gericht op extra aandacht voor sociale contacten en vaardigheden.
- [slachtoffer] onderzocht wat ze met de overwaarde van haar huis kon doen als ze dit geld niet in een nieuwe hypotheek wilde stoppen.
- [slachtoffer] vroeg toestemming aan [naam 5] om haar ouders te mogen laten helpen met klussen wegens de verkoop van haar woning.
- [slachtoffer] gaf aan dat ze niet wist hoe ze zulke bedragen bij elkaar moest krijgen zonder haar huis te verkopen. Ze heeft alle mogelijkheden onderzocht die ze kon verzinnen.
- De huishoudelijke taken van [slachtoffer] bestonden onder andere uit afwassen, schoonmaken, opruimen, eten maken en de hond wassen en uitlaten.
- [slachtoffer] schreef over haar testament: ‘Ik heb mijn aantekeningen er bij gezocht maar weet niet wat ik moet vragen aan de notaris of moet regelen. Het gaat er om dat [medeverdachte] bij mijn overlijden recht krijgt op alles behalve op eventuele schulden en dat ze dus ook vanuit pensioen of andere uitkeringen vergoedingen krijgt in plaats van dat het naar mijn ouders of andere familie gaat ofzo tioch??’
- [slachtoffer] moest een businessplan schrijven. Als ze dit niet af zou krijgen, zou ze extra sancties krijgen.
- Op 7 mei 2020 stuurde [slachtoffer] : ‘Ze heeft om half vier gerommel gehoord. Ik zri dat ik niet geslapen heb en dat jij later naar boven.ging dan hakf 4’. Hierop antwoordde [medeverdachte] : ‘Rond die tijd sleepte ik je door de kamer’.
- Op 4 juni 2020 stuurde [medeverdachte] : ‘Haal die van je voeten er maar uit zegt [naam 4] ’. [slachtoffer] reageerde hierop: ‘Spelden uit mn voeten gehaald. Mag ik ze beneden met alcohol schoon maken?’, waarop [medeverdachte] antwoordde: ‘Als het nog bloedt niet. Anders zit de trap onder’
- Op 25 mei 2020, 31 mei 2020 en 6 juni 2020 telkens meerdere foto’s van meerdere knopspeldjes in een paar voeten;
- Op 30 juni 2020 een foto van knopspeldjes in een oor met bloed, een foto van een bebloede hand en een schoteltje met bloed, een watje en meerdere bebloede knopspeldjes en een foto van een bebloed oor;
- Op 2 juli 2020 twee foto’s van meerdere knopspeldjes in de onderkant van een paar voeten.
- [medeverdachte] op 6 oktober 2018 om 8:32 uur: ‘Van [naam 10] mag je van 15.00 tot 17.00 slapen.’
- [slachtoffer] op 7 oktober 2018 om 20:03 uur: ‘Ik denk dat ik toestemming zoek om een uurthe te lezen. Of te wandelen ofzo.’
- [medeverdachte] op 7 oktober 2018 om 20:06 uur: ‘Ik ga je geen toestemming geven tot je laat zien dat je de mentale gezondheid van anderen serieus neemt.’
- [medeverdachte] op 2 januari 2020 om 11:12 uur: ‘ [naam 24] komt vanmiddag even praten.’
- [slachtoffer] op 2 januari 2020 om 11:12 uur: ‘Oke. Zal ik hier blijven? Of zal ik de deur uit?’
- [slachtoffer] op 2 januari 2020 om 12:19 uur: ‘Zal ik even naar beneden komen om lunch te maken.ofzo? Zodat [naam 9] kan. zien dat ik jullie niet negeer?? Of is het uitgesproken en.oke?’
- [slachtoffer] op 4 januari 2020 om 23:40 uur: ‘Krijg een.reminder ivm.curfew om 24.00 uur. Wat is het plan? Blijf ik boven?’
- [slachtoffer] op 7 januari 2020 om 12:39 uur: ‘Mag ik dat pinnen van de rekening?’
- [medeverdachte] op 13 januari 2020 om 3:06 uur: ‘Morgen halve dag werken, uiterlijk 13.30 in [plaatsnaam 7] terug zegt [naam 8] ’
- [slachtoffer] op 14 januari 2020: ‘Je moeder vraagt wat ik gister heb zitten doen en geeft aan dat ze alles op schrijft wat zE ziet.’
- [slachtoffer] op 14 januari 2020: ‘Je moeder geeft aan: eerst verslag voor [naam 8] daarna de rest.’
- [medeverdachte] op 24 april 2020 om 2:16 uur: ‘Ik heb ook geregeld met [naam 8] dat je de dag kunt beginnen met 2 sneden brood. En voor lunch ook. Dus ik hoop dat jij jezelf ook van je beste kant laat zien’
- [slachtoffer] op 24 april 2020 om 2:17 uur: ‘Dank je wel!!’
- [medeverdachte] op 27 april 2020 om 21:06 uur: ‘ [naam 8] wil jou beneden in het zicht hebben’
- [medeverdachte] op 12 juni 2020 om 12:35 uur: ‘We gaan naar beneden. Jij mag bonen met rijst’
- [medeverdachte] op 29 juni 2020 om 2:23 uur: ‘Ga maar slapen tot half acht zegt [naam 4] ’
3.De bewezenverklaring
of omstreeksde periode van 1 mei 2018 tot en met 5 oktober 2020 te [plaatsnaam 1] en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een
of meerander
en(lid 3 sub
1),
althans alleen,een ander, genaamd [slachtoffer] ,
/ofgeweld en
/ofeen andere feitelijkheid en
/ofdreiging met geweld of een andere feitelijkheid en
/ofdoor misleiding en
/ofdoor misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en
/ofdoor misbruik van een kwetsbare positie
/of
/ofgehuisvest en
/ofopgenomen (=handelingen) met het oogmerk van uitbuiting (sub 1), en
/of
/ofdiensten, dan wel enige handeling heeft ondernomen waarvan zij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [slachtoffer] zich daarvoor beschikbaar zou stellen (sub
/of
en/of medeverdachteom bij
haar/hun te komen wonen (‘om aan zichzelf te werken’) (= werven), het verschaffen van woongelegenheid aan de [adres 1] in [plaatsnaam 1] (= huisvesten) en
/ofhaar onderdeel te
heeft/hebben bestaan uit:
/ofhet onder toezicht houden en
/ofonder druk zetten van die [slachtoffer] (onder andere) door die [slachtoffer] (via verdachte) voortdurend in contact te houden met de (geveinsde) opdrachtgevers uit [plaatsnaam 4] (“de [naam 1] ”) en
/ofdie [slachtoffer] te laten geloven dat die opdrachtgevers beschikten over deskundige kennis (bijv. als psycholoog), macht en geld, waardoor het [slachtoffer] werd bemoeilijkt zich aan die controle en
/ofdruk en
/ofdat toezicht te onttrekken;
/ofeen (wandel)stok en
/ofeenvleeshamer te (laten) slaan en
/ofdoor een vleesvork in het lichaam van die [slachtoffer] te (laten) steken en
/ofdoor (kop)spelden in de handen en
/ofvingers en
/oflippen en
/oforen en
/ofarmen en
/ofbenen van die [slachtoffer] te (laten) steken;
/of(voornoemde) geweldshandelingen, en
/ofhanteren van (andere) lijfstraffen;
/ofagressieve en
/of(anderszins) dreigende en
/ofoverheersende en
/ofdenigrerende toon/wijze te uiten tegen die [slachtoffer] ;
/ofvrienden
en/of collega’ste laten verbreken;
/ofhotelovernachtingen en
/ofde boodschappen en
/ofrolluiken en
/ofeen schoonmaakster die in de woning van verdachte en
/ofmedeverdachte werkzaam was en
/ofde aanleg van een tuin bij de woning van verdachte en
/ofmedeverdachte en
/ofde verbouwing van de keuken in de woning van verdachte en
/ofde verbouwing van de badkamer in de woning van verdachte en
/ofmedeverdachte;
medeverdachteals betaalde werkneemster;
verdachte en/ofmedeverdachte;
/ofmedeverdachte
,als
erfgenaam/executeur testamentair/algemeen gevolmachtigde
zijnaangemerkt;
/of(dat) geld over doen dragen aan verdachte en/of medeverdachte;
verdachte en/ofmedeverdachte;
/often aanzien van haar levensgevaar te duchten was (lid 4),
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van het feit
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel
- een gevangenisstraf voor de duur van drie jaren met aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr), en
- de gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel.
8.De beoordeling van de civiele vordering
Materiële schade
2. Medische kosten
3. Ziekenhuisdaggeldvergoeding
4. Reiskosten
5. Huishoudelijke hulp
6. Verlies aan zelfwerkzaamheid
7. Verlies aan verdienvermogen
8. Verlies aan verdienvermogen toekomst (februari 2022 t/m februari 2024)
9. Smartengeld
10. Telefoon- en portokosten
11. Wederrechtelijk verkregen voordeel
12. Buitengerechtelijke kosten
13. Overige schadeposten
- materiële schade: € 289.878,92;
- smartengeld: € 30.000,-.
9.De beoordeling van het beslag
- een witte Apple iPhone met roze achterzijde;
- zwarte handsfree oortjes;
- een witte Apple iPad in zwarte hoes met toetsenbord;
- een zilverkleurige HP-laptop met usb-dongel;
- een Apple iPhone in roze glitterhoesje;
- een zilverkleurige HP-laptop met twee usb-dongels;
- een Sandisk Micro SD-kaart;
- een Samsung-tablet in hoes met toetsenbord.
- een contant geldbedrag van € 785,-;
- een contant geldbedrag van € 6.405,-;
- een contant geldbedrag van € 1.700,-;
- een Atag-inbouwvaatwasser;
- een MHJ Office-stoel;
- de achtertuin van de woning aan de [adres 1] te [plaatsnaam 1] , conform de factuur van [naam 27] ;
- de voortuin van de woning aan de [adres 1] te [plaatsnaam 1] , conform de factuur van [naam 27] ;
- de badkamer van de woning aan de [adres 1] te [plaatsnaam 1] , conform de factuur van [naam 28] ;
- de keuken van de woning aan de [adres 1] te [plaatsnaam 1] ;
- sportartikelen, te weten 3 kettlebells en 4 dumbbells;
- rolluiken aan de voor- en achterzijde van de woning aan de [adres 1] te [plaatsnaam 1] ;
- de airco-units in de woonkamer en slaapkamer van de van de woning aan de [adres 1] te [plaatsnaam 1] ;
- een bankstel;
- een AEG-wasmachine;
- een AEG-wasdroger;
- een Sony-blu-ray-speler;
- een Sony-televisie met ophangbeugel;
- een LG-televisie;
- een bed uit de slaapkamer van verdachte;
- een bed uit de slaapkamer van medeverdachte;
- de gietvloer van de benedenverdieping en eerste verdieping;
- een tuinbank;
- tuinmeubels, te weten een hoekbank, tafels en stoelen;
- een witte kast;
- een tafel met zes stoelen en een bank;
- twee kasten uit de hal;
- vier stoelen die op zolder stonden;
- een tv/wandmeubel met elektrische open haard.
10.De toegepaste wettelijke bepalingen
11.De beslissing
- veroordeelt verdachte in verband met het primaire feit tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [slachtoffer] van € 319.878,92, bestaande uit € 289.878,92 aan materiële schade en € 30.000,- aan smartengeld, telkens vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
- veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op € 6.428,-;
- legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [slachtoffer] , een bedrag te betalen van € 319.878,92, bestaande uit € 289.878,92 aan materiële schade en € 30.000,- aan smartengeld. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2020 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 365 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
- bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;