Uitspraak
uitspraak van de meervoudige kamer van 22 april 2024 in de zaken tussen
[eiser], eiser, v-nummer: [nummer]
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
- onder 5 de vraag of sprake is van misbruik van recht,
- onder 6 of de onrechtmatigheid van de eerdere bewaringsmaatregel doorwerkt in de nieuwe maatregelen,
- onder 7 of met de maatregel van 5 april 2024 sprake was van een tijdige wijziging van de grondslag van de bewaring en
- onder 8 of de staatssecretaris na de maatregel van 5 april 2024 voldoende voortvarend heeft gehandeld.
.Wel heeft hij verklaard over (ex-)vriendinnen in Portugal en Spanje, maar die zouden volgens zijn verklaring op zitting andere personen zijn en eiser heeft ook niet verklaard dat deze personen de intentie hebben om met hem in Nederland te verblijven. De rechtbank merkt in dit verband op dat de verklaringen over die ex-vriendinnen ook niet consequent zijn. Over de vrouw in Portugal verklaart eiser bijvoorbeeld op 17 februari 2024 dat hij naar zijn zwangere ex-vriendin in Portugal wil. Op andere momenten heeft hij het over een Portugese vriendin, niet een ex. Eiser heeft hierover op de zitting bij de rechtbank van 16 april 2024 geen opheldering kunnen geven. De enkele verklaring dat de tegenstrijdigheden zijn te verklaren door communicatieproblemen met de tolk is onvoldoende. Wat betreft dit laatste merkt de rechtbank op dat deze communicatieproblemen niet blijken uit de aangehaalde verslagen. De verklaringen van eiser over familieleden roepen daarnaast veel vragen op. Eiser heeft wisselende verklaringen afgelegd over de in Nederland verblijvende familieleden. Uit het proces-verbaal van verhoor van 17 februari 2024 [11] en het proces-verbaal van het later op die dag gehouden gehoor voor de oplegging van het inreisverbod [12] blijkt dat eiser familie heeft in Nederland, maar daarmee geen contact heeft. Maar op een ander moment dat hem gevraagd wordt naar familieleden in Nederland antwoordt hij dat hij alleen een tante in Spanje en een neef in
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- veroordeelt de Staat der Nederlanden tot het betalen van een schadevergoeding aan eiser tot een bedrag van € 100,-;