Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.FEITEN
3.GESCHIL EN STANDPUNTEN PARTIJEN
4.BEOORDELING VAN HET BEROEP
5.PROCESKOSTEN
Proceskosten bezwaar
6.DE BESLISSING
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij:
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
In deze zaak heeft belanghebbende, een hotel in Aruba, een beroep ingesteld tegen de beslissing van de Inspecteur der Invoerrechten en Accijnzen over de teruggaaf van betaalde invoerrechten. De belanghebbende had goederen ingevoerd voor de renovatie van hotelkamers en vorderde een teruggaaf van Afl. 546.038 aan invoerrechten. De Inspecteur had eerder een teruggaaf van Afl. 185.346 toegewezen, maar na bezwaar werd dit bedrag verhoogd tot Afl. 200.606. Belanghebbende stelde dat het verlaagde tarief van 12% op invoerrechten van toepassing was, in plaats van het standaardtarief van 22%, en baseerde zich op een beleidsregel van de minister van Financiën en een individuele toezegging van de minister. De rechtbank oordeelde dat de beleidsregel en de toezegging voldoende basis vormden voor het vertrouwen van de belanghebbende dat het verlaagde tarief van toepassing was. De rechtbank verhoogde de teruggaaf tot Afl. 238.744 en verklaarde het beroep gegrond. De uitspraak werd gedaan op 5 februari 2021 door mr. dr. A.J.H. van Suilen, in aanwezigheid van griffier mr. M.M.M. Faro.