Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van het cassatiemiddel
Daarbij verdient nog opmerking dat ook indien achteraf zou komen vast te staan dat de beslissing tot aanhouding van de verdachte door de om bijstand verzoekende collega’s niet in overeenstemming met het voorschrift van artikel 54 lid 4 Sv is genomen, dat niet wegneemt dat de opsporingsambtenaar die op grond van een verzoek tot het verlenen van bijstand is overgegaan tot de feitelijke aanhouding van een verdachte, in beginsel “werkzaam in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening” was in de zin van artikel 180 Sr. (Vgl. HR 29 september 2009, ECLI:NL:HR:2009:BJ2808 over een opdracht tot aanhouding van een bevoegde meerdere.)
3.Beslissing
16 februari 2021.