Uitspraak
gevestigd te [plaats] ,
gevestigd te Breda,
1.Het geding in feitelijke instanties
2.Het geding in cassatie
De procesinleiding en het verweerschrift tevens houdende voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep zijn aan dit arrest gehecht en maken daarvan deel uit.
3.Uitgangspunten in cassatie
Euretco verklaarde zich bij brief van 4 maart 1999 aan IMG bereid om de centrale betaling voor haar rekening te nemen in die zin dat zij de betalingen garandeerde aan de leveranciers die aan leden van IMG leverden op basis van de Mondial GmbH-voorwaarden. Euretco zou dit doen tegen een functievergoeding, te berekenen over de inkoopwaarde; [betrokkene 1] zou als oprichter dan wel initiatiefnemer een oprichtersfee ontvangen.
[eiseres] werd in deze vennootschap voor 60% aandeelhouder, en Euretco en IMG ieder voor 20%. MKB B.V. exploiteerde een franchiseorganisatie waarbij zij aan franchisenemers het exclusieve recht verleende om “Superkeukens” te verkopen binnen een bepaald verkoopgebied. Deze franchisenemers konden via IMG eveneens gebruik maken van de inkoopcondities van Mondial GmbH. Euretco faciliteerde het betalingsverkeer van MKB B.V. en haar franchisenemers op dezelfde wijze als zij dit deed voor de leden van IMG, met als tegenprestatie een functievergoeding, te betalen door de leveranciers van de keukens; Euretco betaalde op haar beurt een oprichtersfee aan [eiseres] .
MKB B.V. met betrekking tot de verzorgingsgebieden Bergen op Zoom en Roosendaal. Weliswaar is een dergelijke franchiseovereenkomst niet tot stand gekomen, maar dat betekent niet zonder meer dat Euretco jegens Mondial Keukens B.V. schadeplichtig is. Niet gesteld of gebleken is immers dat Euretco jegens Mondial Keukens B.V. een contractuele verplichting is aangegaan waarin zij is tekortgeschoten. Het hof leidt uit de nadere conclusie van [eiseres] van 28 november 2012 (onder nr. 4.8) af dat een concreet verzoek van [eiseres] aan Euretco om met Mondial Keukens B.V. een franchiseovereenkomst aan te gaan, niet is gedaan. Een dergelijk verzoek is blijkens overgelegde stukken wél door [eiseres] gedaan aan MKB B.V., maar dit verzoek is door MKB B.V. van de hand gewezen. Naar het oordeel van het hof rechtvaardigt de voormelde gang van zaken niet de conclusie dat een contractuele relatie tussen Euretco en Mondial Keukens B.V. is tot stand gekomen. Voor zover [eiseres] bedoeld heeft te stellen dat (ook) sprake is van schadeplichtigheid op andere gronden, heeft zij die stelling onvoldoende onderbouwd. (rov. 3.20)
4.Beoordeling van het middel in het principale beroep
5.Beoordeling van het middel in het incidentele beroep
6.Beslissing
16 november 2018.