ECLI:NL:HR:2005:AT0144
Hoge Raad
- Cassatie
- J.B. Fleers
- D.H. Beukenhorst
- A.M.J. van Buchem-Spapens
- P.C. Kop
- W.A.M. van Schendel
- P. Neleman
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de ontvankelijkheid van verzoeken tot onderzoek naar het beleid van een failliete vennootschap
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 29 april 2005 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die voortvloeide uit een verzoek tot onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van de vennootschap Polisol B.V. door D Freight Group B.V., die in staat van faillissement verkeert. De curator, mr. Cornelis Germaine Alexis Mattheussens, trad op namens D Freight Group en verzocht de ondernemingskamer om een onderzoek te bevelen naar de gang van zaken van Polisol, met name met betrekking tot de verkoop van onroerende zaken en de vordering van D Freight Group op een derde partij. De ondernemingskamer heeft op 5 januari 2004 een beschikking gegeven waarin het verzoek werd afgewezen en D Freight Group niet-ontvankelijk werd verklaard in haar verzoek. Hierop hebben de curator en Polisol beroep in cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de ondernemingskamer ten onrechte D Freight Group niet-ontvankelijk heeft verklaard in haar verzoek. De Hoge Raad oordeelde dat de curator, ondanks het faillissement van D Freight Group, bevoegd was om het cassatieberoep in te stellen. De Hoge Raad vernietigde de beschikking van de ondernemingskamer en verklaarde D Freight Group niet-ontvankelijk in haar verzoek tot het bevelen van een onderzoek naar het beleid van Polisol. De kosten van het geding werden gecompenseerd, zodat iedere partij haar eigen kosten draagt. Deze uitspraak benadrukt de complexiteit van de bevoegdheden van curatoren in faillissementen en de noodzaak voor duidelijkheid over de rechtsgeldigheid van handelingen binnen vennootschappen die in financiële problemen verkeren.