ECLI:NL:HR:2000:AA5254
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Davids
- J. Koster
- M. Orie
- A. Balkema
- H. van Dorst
- Rechtspraak.nl
Cassatie over de rechtmatigheid van observaties door sociaal rechercheurs en de inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van de verdachte
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 21 maart 2000 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage. De verdachte, geboren in 1949, was eerder door de rechtbank te Dordrecht veroordeeld tot achttien maanden gevangenisstraf, waarvan zes maanden voorwaardelijk, voor het medeplegen van valsheid in geschrift. Het Gerechtshof had deze veroordeling in hoger beroep bevestigd, maar de verdachte ging in cassatie. De kern van het geschil betrof de rechtmatigheid van de observaties die door sociaal rechercheurs waren uitgevoerd. Deze observaties vonden plaats van oktober 1995 tot juni 1996, waarbij de rechercheurs 125 keer langs de woning van de verdachte reden om te controleren of de auto's van de medeverdachte in de buurt stonden geparkeerd. De verdediging stelde dat deze observaties een onrechtmatige inbreuk op de privacy van de verdachte vormden, omdat er al voldoende informatie beschikbaar was zonder deze observaties. De Hoge Raad oordeelde dat de observaties, hoewel ze een lichte inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van de verdachte met zich meebrachten, niet zodanig ernstig waren dat het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk verklaard moest worden in de vervolging. De Hoge Raad vernietigde de bestreden uitspraak echter voor wat betreft de strafoplegging en verwees de zaak terug naar het Gerechtshof te Amsterdam voor herbehandeling. De Hoge Raad verwierp het beroep voor het overige, waarmee de eerdere veroordeling in stand bleef, maar de strafmaat opnieuw beoordeeld moest worden.