Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
€ 874
Voorbereiding eindgesprek
3.Geschil en conclusies van partijen
Specifiek gaat het daarbij om de vragen of de onderwijsvrijstelling (artikel 11, lid 1, letter o, Wet OB); de sportvrijstelling (artikel 11, lid 1, letter e, Wet OB) dan wel het verlaagde tarief (artikel 9, lid 2, aanhef onder a, Wet OB en Tabel I onder post b.3) van toepassing zijn op de hockeylessen. Tot slot is in geschil of terecht omzetbelasting is geheven in verband met privégebruik auto.
4.Gronden
Ten aanzien van de correctie privégebruik auto komt het hof tot een ander oordeel. Uit de interne verslaglegging van de Belastingdienst volgt dat belanghebbende al in de controlefase zijn kilometeradministratie heeft overgelegd. Gesteld noch gebleken is dat wat hij in de bezwaarfase heeft verstrekt een andere inhoud had of dat hij op dit punt een andere inbreng had kunnen leveren. Daarmee ziet het hof niet in hoe belanghebbende een inbreng had kunnen leveren die tot een andere afloop had kunnen leiden. Het hof zal daarom beoordelen of de correctie voor het privégebruik auto terecht is.
"Het (heen en/of terug) reizen van de woon- of verblijfplaats naar de in het kader van een overeenkomst tot het verrichten van arbeid overeengekomen vaste werkplaats(en) waar men (één of meerdere dagen) zijn werkzaamheden verricht."3.16. De rechtbank is van oordeel dat belanghebbende, op wie de bewijslast rust, niet aannemelijk heeft gemaakt in welke mate de auto privé wordt gebruikt en daarom evenmin welk bedrag aan omzetbelasting in verband met privégebruik in aanmerking moet worden genomen. Belanghebbende heeft een kilometeradministratie overgelegd waarin bij een deel van de ritten een toelichting is opgenomen. Naar het oordeel van de rechtbank kan daaruit voor het overgrote deel van de vermelde ritten, ook van die met een toelichting, niet worden opgemaakt of de ritten privé of zakelijk zijn. Daarom kan daar ook niet uit worden opgemaakt dat belanghebbende de auto nauwelijks privé heeft gebruikt, zoals hij heeft gesteld.
5 Besluit van 11 juli 2012 nr. BLKB 2012/639M.
5.Beslissing
- verklaart het hoger beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak van de rechtbank, met uitzondering van de beslissingen over de immateriëleschadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn en het griffierecht;
- verklaart het tegen de uitspraak op bezwaar bij de rechtbank ingestelde beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar, met uitzondering van de beslissing over de verzuimboete;
- vermindert de naheffingsaanslag naar een aanslag van € 1.207;
- vermindert de beschikking belastingrente evenredig;
- bepaalt dat de inspecteur aan belanghebbende het betaalde griffierecht voor de behandeling van het hoger beroep bij het hof van € 136 vergoedt;
- veroordeelt de inspecteur in de kosten van het bezwaar van € 620,
- veroordeelt de inspecteur in de kosten van het geding bij de rechtbank en het hof van € 3.514,56.
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raad www.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie
www.hogeraad.nl).