De Inspecteur heeft in hoger beroep, onder overlegging van een document met dagtekening 7 september 2015 dat als bijlage was gevoegd bij een zogenoemd tiendagenstuk, de toepassing van artikel 10 IW 1990 toegelicht. In dat document noemt de Ontvanger argumenten die hem hebben doen besluiten om deze naheffingsaanslag versneld bij belanghebbende in te vorderen. In dat document is, voor zover het kan worden toegepast op belanghebbende, het volgende opgenomen:
“De hierna genoemde argumenten heeft de ontvanger doen besluiten om versnelde invordering toe te passen voor:
• (…) BV
• (…) BV
• [belanghebbende]
- Het gaat om forse naheffingsaanslagen
- er worden prijzen beloofd bij sweepstakes welke beloften niet worden nagekomen; als argument wordt o.m. gebruikt dat de sweepstakes illegaal zijn en daarom niet in rechte afdwingbaar zijn
- (…)
- door belastingplichtige wordt gesteld dat de organisatie van het gelegenheid geven tot deelname aan de Duitse lotto plaats vindt in Zwitserland terwijl uit alles blijkt dat de activiteiten zich in Nederland afspelen; er wordt derhalve een onjuiste voorstelling van zaken gegeven
- (…)
- belastingplichtige heeft reeds aangegeven de eventueel op te leggen naheffingsaanslagen niet te kunnen betalen
- in het verleden zijn reeds andere rechtspersonen opgericht nadat de huidige rechtspersonen in de negatieve publiciteit zijn gekomen; niet uitgesloten moet worden geacht dat ook thans wijzigingen in de structuur zullen worden aangebracht waardoor fiscaal nadeel wordt geleden, juist met het oog op de aangekondigde naheffingsaanslagen
- belastingplichtige heeft tijdens het boekenonderzoek niet die medewerking verleend welke mag worden verwacht en desnoods kan worden afgedwongen
- belastingplichtige heeft in 2006 schriftelijk gedreigd met een aansprakelijkheidsstelling richting de fiscus en de beide controlerend ambtenaren indien niet binnen drie dagen een standpunt zou worden ingenomen, dit mede omdat er forse geldbedragen aan OB door de Ontvanger zijn tegengehouden
- uit interne notities (mail) blijkt dat belastingplichtige niet alle informatie aan de fiscus wil verstrekken
- door de FIOD is een strafrechtelijk onderzoek gestart in verband met het mogelijk overtreden van de Wet op de kansspelbelasting (…)
- door het personeel en de directie worden tegengestelde verklaringen afgelegd
- door ex-personeel wordt aangegeven dat de zaken anders zijn dan de directie ons wil doen geloven
- vele activiteiten lijken bewust in verschillende rechtspersonen te zijn ondergebracht om alles onoverzichtelijk te maken
- (…)
- er wordt gewerkt met fake bestuurders (….)
- de heren (…) hebben inmiddels in Zwitserland personal holdings opgericht van waaruit zij hun managementfee of adviesvergoedingen genieten vanuit (…) AG. Voorheen genoten zij hun adviesvergoedingen vanuit [belanghebbende] via hun personal holdings in Nederland. Is dit uit voorzorg voor een fiscale claim?
- Er is een contract met (…) AG en [belanghebbende], gedagtekend 30-10-2000. [Belanghebbende] is volgens onze gegevens de uitvoerder van de lotto-activiteiten namens de AG. (…). De adviseur is eerst ultimo 2004 op de hoogte van de inhoud van het contract! Het wordt niet uitgesloten geacht dat het contract is geantedateerd. Er zijn meer aanwijzingen dat het contract achteraf is opgemaakt.
- De adviseur van belastingplichtigen, (…), heeft niet het inzicht met betrekking tot OB problematiek. (…). Niet alleen bij (…) en (…) zijn zaken fout gelopen voor de OB. Dit is vermoedelijk ook bij [belanghebbende] , (…) .”