AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Toepassing van het lage tarief op pauzedrankjes bij theatervoorstellingen
In deze zaak gaat het om de vraag of het lage tarief van de omzetbelasting van toepassing is op een (alcoholisch) pauzedrankje dat is inbegrepen in de prijs van een theaterkaartje. De belanghebbende, een stichting die theatervoorstellingen organiseert, heeft aangiften omzetbelasting gedaan over de periode van 1 juli 2015 tot en met 31 december 2017. De inspecteur heeft teruggaven verleend op basis van ingediende suppleties, maar heeft later naheffingsaanslagen opgelegd. De rechtbank heeft het beroep van de belanghebbende ongegrond verklaard, waarna de belanghebbende hoger beroep heeft ingesteld bij het Gerechtshof 's-Hertogenbosch.
Het hof overweegt dat het verstrekken van (alcoholische) drankjes in de pauze de gebruikmaking van de hoofdprestatie, het bezoek aan de theatervoorstellingen, optimaliseert. Het hof concludeert dat het verlenen van toegang tot een voorstelling inclusief pauzedrankje als één enkele prestatie moet worden beschouwd, waarop het lage tarief van toepassing is. Het hoger beroep van de belanghebbende wordt gegrond verklaard, de naheffingsaanslag wordt vernietigd en de inspecteur wordt veroordeeld tot vergoeding van griffierechten en proceskosten.
Voetnoten
1.Rechtbank Noord-Holland, 27 maart 2023, HAA 21/2094 en HAA 21/2095, (nog) niet gepubliceerd.
2.Artikel 9, lid 2, onderdeel a, Wet OB juncto Tabel I, post b14.
3.Besluit van 22 december 2017, 2017-16288, Omzetbelasting. Toelichting Tabel I, uitleg post b14, onderdelen 5.5 en 9, Stcrt. 2017, 72177.
6.Post b12: het verstrekken van voedingsmiddelen als bedoeld in post a1, voor gebruik ter plaatse binnen het kader van het hotel-, café-, restaurant-, pension-, en aanverwant bedrijf.
7.HvJ EU 8 december 2016, Stock ’94, ECLI:EU:C:2016:936.
8.HvJ EU 4 maart 2021, Frenetikexito, ECLI:EU:C:2021:167 en HvJ EU 4 mei 2023, Y, ECLI:EU:C:2023:372.
10.HvJ EU 25 februari 1999, CPP, nr. C-349/96, ECLI:EU:C:1999:93 ;
12.Post b.12: het verstrekken van voedingsmiddelen als bedoeld in post a1, voor gebruik ter plaatse binnen het kader van het hotel-, café-, restaurant-, pension-, en aanverwant bedrijf en post a.1., sub c: (…) met dien verstande dat tot de voedingsmiddelen niet worden gerekend alcoholhoudende dranken;.
13.HvJ EU 2 mei 1996, Faaborg-Gelting Linien, ECLI:EU:C:1996:184
14.Artikel 7:15, lid 2, Awb.
15.1 punt voor bezwaarschrift en 1 punt voor het horen in bezwaar, zie Besluit proceskosten bestuursrecht.
16.1 punt voor het hoger beroepschrift en 1 punt voor deelname aan de zitting
17.1 punt voor het beroepschrift en 0,5 punt voor conclusie van repliek