In deze zaak gaat het om een hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 25 september 2020, waarin de rechtbank de bezwaren van belanghebbende tegen twee aanslagen leges ongegrond heeft verklaard. De heffingsambtenaar van de gemeente Schouwen-Duiveland had aan belanghebbende leges opgelegd in verband met een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het bouwen van een twee-onder-een-kap woongebouw. Belanghebbende stelde dat de aanvraag niet tijdig in behandeling was genomen en dat de leges daarom niet geheven konden worden. Het hof oordeelt dat de aanvraag wel degelijk in behandeling is genomen vóór de wettelijke termijn van tien jaar, waardoor de legessanctie niet van toepassing is. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond. De uitspraak is gedaan op 14 oktober 2021.