Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte 1] ,
- het primair tenlastegelegde bewezen zal verklaren, met dien verstande dat bewezen zal worden verklaard dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan
- de verdachte daarvoor zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 20 jaren, met aftrek van voorarrest;
- de vorderingen van de benadeelde partijen conform de beslissing van de rechtbank integraal zal toewijzen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
hij op of omstreeks 29 augustus 2014 in de gemeente Helmond tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer] van het leven heeft beroofd, immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of (een of meer van) zijn mededader(s) met dat opzet
1. Relevante feiten en omstandigheden met betrekking tot de woningoverval
Bgenoemde feiten en omstandigheden als vaststaand aan.
de hieronder genoemde onderdelenvan de verklaringen van verdachte. Verdachte heeft kort na zijn aanhouding voor het eerst inhoudelijk verklaard (30 september 2016) en heeft nadien nog verschillende malen verklaringen afgelegd, waaronder ter terechtzitting in hoger beroep d.d. 5 november 2020. Het hof is van oordeel dat verdachte zeer uitgebreid, gedetailleerd en consistent heeft verklaard. De verklaringen van verdachte bevatten weliswaar op onderdelen enkele discrepanties, doch het hof is van oordeel dat deze in grote mate en op wezenlijke onderdelen met elkaar overeenkomen. De discrepanties doen geen afbreuk aan de kern van de verklaringen van verdachte, zoals is weergegeven in bewijsmiddel 17. Hoewel verdachte bij de politie, de rechtbank en het hof hierover kritisch is doorgevraagd, is deze kern van de verklaringen in de loop der tijd niet gewijzigd. Hij heeft zichzelf in zijn verklaringen bovendien niet gespaard, integendeel. Hij heeft vanaf het begin verklaard dat hij de hoofdrol had in de uitvoering van het delict. Tot slot vindt zijn verklaring in belangrijke mate steun in de overige bewijsmiddelen.
tweeNederlandse mannen gesproken. Een van die mannen had iets zwarts, waarbij [slachtoffer] een handgebaar over haar hoofd maakte. Ambulancemedewerker [getuige 3] maakte daar uit op dat [slachtoffer] daarmee een zwarte pet of een zwart masker bedoelde.
2. De toedracht van de geconstateerde letsels van [slachtoffer]
3. Voorwaardelijk opzet en medeplegen
4. Conclusie
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
15 (vijftien) jaren;
€ 5.000,00 (vijfduizend euro) ter zake van immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening;
gijzeling voor de duur van ten hoogste 60 (zestig) dagenkan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft;
€ 5.466,25 (vijfduizend vierhonderdzesenzestig euro en vijfentwintig cent) bestaande uit € 466,25 (vierhonderdzesenzestig euro en vijfentwintig cent) materiële schade en € 5.000,00 (vijfduizend euro) immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening;
gijzeling voor de duur van ten hoogste 62 (tweeënzestig) dagenkan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft;