Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
18 december 2015 door Gerechtshof ’s‑Hertogenbosch , zaaknummer [nummer 2] , veroordeeld ter zake van, kort gezegd:
3.Geschil, alsmede standpunten en conclusies van partijen
4.Gronden
€ 1.526.306. In zoverre is het hoger beroep van de Inspecteur gegrond. Het Hof ziet, anders dan de Rechtbank, geen redenen om het belastbaar inkomen uit werk en woning te verlagen naar € 600.000 omdat onaannemelijk zou zijn dat belanghebbende de door de Inspecteur berekende XTC-inkomsten in zo’n korte periode zou hebben kunnen genereren.
5.Beslissing
- verklaart het hoger beroep van de Inspecteur gegrond;
- verklaart het hoger beroep van belanghebbende ongegrond;
- vernietigt de uitspraak van de Rechtbank, behoudens de beslissingen omtrent het griffierecht en de proceskosten;
- handhaaft de aanslagen en de bijbehorende beschikkingen belastingrente;
- verklaart het tegen de uitspraak van de Inspecteur op het bezwaar tegen de boetebeschikking ingestelde beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak van de Inspecteur op het bezwaar tegen de boetebeschikking;
- vermindert de boete tot een bedrag van € 180.000.