PV van verhoor verdachte 28 maart 2012, PV-nummer: PL21T2 2012032951-4:
(Blad 2)
“Vraag: Wat voor een inkomen heb jij?
Ik heb geen vast inkomen. Ik handel een beetje in tweedehands spullen. Koop wat er verkoop het weer. Ik heb geen uitkering. mijn vrouw heeft wel een uitkering. Ik verkoop ook wel eens spullen naar Marokko. Ik heb dit twee keer gedaan. Ik kan er soms wel van rondkomen en soms niet. Gemiddeld is het niet genoeg om van te leven. Ik hoef geen huur te betalen. Mijn moeder betaald de woning en de ander woning betaalt mijn vrouw. Volgens mij heeft ze een uitkering van 1100 a 1200 euro. Plus de kinderbijslag.”
(Blad 3/4)
Vraag: wij hebben onder andere 100 kilo hash aangetroffen. Is dat van jou.
“Nee, dat is niet van mij.”
Vraag: Van wie zijn ze dan wel?
“Dat ga ik niet vertellen. Ik heb genoeg lijken op opsporing verzocht gezien. Ze zijn ook niet in mijn huis gevonden maar bij de buren. Ze zijn aangetroffen in de woning van mij vrouw. Mijn vrouw heeft hier niets mee te maken, ze wist niet dat het er lag. Ik ben verantwoordelijk voor de hash.
Vraag: wij hoorde net dat je sprak over pillen hoe zit dit?
“De pillen zijn van mij en de hash is van andere mensen”
Vraag: Hoeveel pillen waren het.
“volgens mij 4,5 zakken met elk 1000 pillen. Volgens mij zijn ze paars van kleur, een beetje rond hoekig ze zagen eruit als een diamantje. Ze lagen op de slaapkamer van mijn vrouw, Ze lagen boven op de kast. Ik produceer ze zelf niet.”
Vraag: waar lag de hash.
“De hash lag in de schuur van de woning [adres 2] . De hash zat achter een wand in de schuur. Ik heb die wand niet zelf gezet maar dat hebben de eigenaren van de hash gedaan. De wand zag eruit als de binnenkant van de schuur. Ik gebruik de schuur. Ik kom er alleen. Er staat een boksbal in”
Vraag: Hoe lang lag die Hash er al?
“Twee maanden. Deze is er neergelegd en mijn vrouw weet hier niets van. De hash is er neergelegd en zou voor de zomer weer worden weggehaald. De eigenaren kwamen niet in de schuur. Ik weet niet waar de hash vandaan komt. Ik weet alleen dat het hash zou zijn. Dit is mij verteld. Toen de hash achter de wand werd gezet daar was ik bij aanwezig.
Vraag: En de pillen?
“De pillen heb ik al 5 maanden Ik heb deze weggehaald, ik wil niet vertellen waar ik ze heb weggehaald. Ik dacht dat het XTC was. Een vriend van mij heeft wel een een pilletje geslikt en die zei dat het niet werkte. Hij had toen een handje vol mee naar een party genomen. Ik wil ook niet vertellen wie die vriend was. Ik noem nooit namen ik praat alleen over mezelf.”
Vraag: Daar waar je die pillen hebt weggehaald waren daar veel pillen. Wij bedoelen kon je zien dat er pillen waren weggenomen?
“Er was een (1) tasje en die heb ik weggenomen. Dit is ongeveer vier a vijf maanden geleden. Dit waren alle pillen die er lagen. Ik snap dat jullie dit vragen er lagen niet meer pillen. Ik denk dat degene van wie de pillen waren er niet over gesproken heeft om uit te zoeken wie ze heeft weggehaald.”
(Blad 5/6)
Vraag: Even concreet van wie is de loods in [plaats X] ?
“De loods is van mij en een maat van mij. Wij hebben de sleutels. Een gedeelte van de loods zou ik verhuren aan andere mensen. Deze mensen hebben ook een sleutel. Ze zouden daar volgens mij iets gaan doen. Ik wist niet wat. Omdat ik geld nodig had heb ik het gedaan.
Ik zag toen allemaal dingen in de loods die ik niet snapte. Ik begreep dit niet. Ik zag dozen met kleurtjes, een kast waarvan ik de functie niet ken, er stond een cementmolen er lag ook allemaal stof/poeder (kleurtjes) op de grond. Ik heb toen tegen deze mensen gezegd dat ik dit niet wilde. Ik heb toen tegen die mensen gezegd dat ze weg moesten anders zou ik ze eruit zetten.
De zak pillen die aangetroffen is in de woning van mijn vrouw heb ik ook uit deze loods weggehaald.
De loods was zo ingedeeld dat het laatste gedeelte verhuurd was aan die mensen. Dit gedeelte was afgescheiden middels een wand. Er zat een deur in maar die was niet op slot, daardoor kon ik ook in die ruimte kijken. De pillen lagen in de ruimte net voor de wand. Ze lagen in een bak waar ook allerlei bakjes met kleurtjes stonden. De pillen zaten in een bruine tas waar ze nu nog in zitten.”.
Vraag: Hoe zit het nu precies met die mensen die de loods gedeeltelijk huurde?
“Ik heb eigenlijk nooit echt contact gehad met de mensen, ze stuurden altijd iemand. De baas was een klein dik varkentje van Marokkaanse afkomst. Ik ken hem verder niet van naam. Ik heb hem nooit in [woonplaats] gezien. Deze dikke Marokkaan was altijd met een Audi A3 een zwarte, ik ben nooit bij hem thuis geweest en hij is ook niet bij mij thuis geweest. Hij was nooit alleen. Er waren nog twee Marokkaanse jongens bij. Een van die twee ken ik niet en de andere wel, daar wil ik de naam niet van zeggen.
Die dikke wil ik er wel bij lappen.
Wij betaalde 200 euro voor de loods, de dikke zou mij 500 euro per maand betalen. Dus allemaal winst.
(…)
De jongen die ik kende heeft mij in contact gebracht met die dikke Marokkaan. Hij wist dat ik die loods heb, die jongen komt uit [woonplaats] .
(…) De eerste keren is er niets gebeurd, daarom had ik geen vermoedes, naderhand zag ik dus hetgeen wat ik net verteld heb. Ik heb de dikke denk ik twee keer opgehaald in [plaats Y] . De dikke heeft mij maar een (1) keer gebeld dit was nadat ik gezegd had ze er uit moesten. Er is toen over en weer wat gedreigd. Ik ben niet bang voor die mannen. Uiteindelijk heeft de [inwoner woonplaats] de spullen opgehaald voor die dikke die zelf niet kwam. Die [inwoner woonplaats] is degene die ik wel ken.
Ik had gezegd dat ik de spullen van die dikke zou verkopen op Marktplaats als ze ze niet zouden komen ophalen. Ik heb ze de tijd gegeven tot iets na oud en nieuw. Uiteindelijk zijn ze ergens in januari 2012 opgehaald door de [inwoner woonplaats] . Ik heb toen nog wel meegeholpen met inladen.
De [inwoner woonplaats] heeft ze opgehaald met een Bakwagen. (…)”
Vraag: Wie maakt er nog meer gebruik van de loods?
“Die andere jongen dan waar ik samen mee huur maar die komt er haast nooit. Verder de drie (De dikke, de [inwoner woonplaats] en de onbekende man). Deze hebben een sleutel”.
(Blad 7)
Vraag: Hoeveel dingen hebben er in jouw loods gestaan die niet eerlijk zijn?
“Dat kan ik toch niet zien, als een vriend van mij komt mag hij daar zo iets inzetten.”
Vraag: Net zei je nog dat je gisteren in de loods te [plaats X] bent geweest. Spullen die nu in de loods staan van wie zijn die?
“Ik ben gisteren niet in de loods geweest maar bij de loods. Ik ben kort geleden nog wel in de loods geweest.
De loods is onder verdeeld in drie delen. Vanaf de ingang tot het zeil en van het zeil tot de afscheiding en van de afscheiding tot de muur. (…).
Achter het zeil en de voor de afscheiding liggen nog spullen die niet van mij zijn maar van die dikke Marokkaan die hebben ze achter gelaten. Dit betreft onder andere zakken met poeder. Verder liggen er ook spullen van mij.
Achter de afscheiding staan spullen die niet van mij zijn. Er liggen ook wat onderdelen van een witte BMW. Die zijn door mij gekocht maar nog niet betaald.
(Blad 8/9)
Vraag: Die loods, hoe is die afgesloten?
“Met een simpel slot.”
Vraag: Hoeveel loodsen heb jij?
“Maar een?
Ik heb deze van de week nog open gemaakt.”
Vraag: Van wie huur jij de loods?
“Van de eigenaresse die daar ook woont. Wij betalen daar samen 200 euro voor.”
Vraag: Wat was de bedoeling van de hash in de woning van je vrouw?
“Die zouden ze voor de zomer weer ophalen. Ik zou 300 euro in de maand krijgen. De eerste 300 euro heb ik gekregen. De 300 van deze maand niet en dat zal ook wel niet meer komen.”
Deze verklaring is niet door belanghebbende ondertekend.
PV van verhoor verdachte 29 maart 2012, PV-nummer: PL21T2 2012032951-9:
(Blad 4/5)
Vraag: Hoe zit het met die zak met geld, die briefjes van 20 Euro
“Dat is mijn spaargeld, ik heb dat gespaard voor de vakantie. Het is in totaal 4000,- euro. Ik zou eind juni op vakantie gaan.”
Vraag: Er is in de [adres 2] Box met tas met pillen en verpakkingsmateriaal en weegschaal aangetroffen. Kun je dat uitleggen.
“De tas met pillen is de tas die ik, zoals gisteren verklaard uit de loods heb meegenomen. Daar zaten de vier volle en een halfvolle zak met pillen in. De box waarin die tas zat en de weegschaal, die zijn van mij. Nadat ik de pillen had weggenomen wilde ik weten hoeveel pillen het waren. Ik heb toen de weegschaal gepakt en er een gewogen. Ik wilde dan de zakken wegen en delen door het gewicht van die ene pil. Het gewicht per pil week echter af en ik kon niet precies berekend hoeveel pillen dat waren. Ik schat dat er per zak 1000 pillen in zaten en in die halfvolle 500 pillen zaten.”
Verdachte verklaart tijdens het doorlezen van zijn verklaring dat de 14 briefjes van 20 euro niet zijn eigendom waren.
Vraag: Wat kun je daar over vertellen?
“Die zullen wel van mijn vrouw zijn.”
Deze verklaring is door belanghebbende ondertekend.