Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
,
1.Procesverloop
e-mails het betreft en waarom deze e-mails van belang konden zijn geweest in de zaak van belanghebbende.
e-mails eveneens in niet geschoonde vorm te overleggen.
niet overgelegde stukkenin ongeschoonde vorm in te dienen:
8 maart 2012. Specifiek is aan de Inspecteur verzocht om in te gaan op onderdeel 4 van de reactie van belanghebbende (het terugzenden van het e-mailbericht van 20 november 2006).
e-mails/stukken met betrekking tot de zaak van belanghebbende
e-mailbericht van 20 november 2006 aangegeven dat het belang van de beantwoording van deze vraag hem ontgaat en dat het voor hem ook niet meer mogelijk is de gang van zaken rondom het verzenden van deze e-mail te achterhalen.
2.Verzoek
3.Beoordeling van het verzoek
Geheimhouding:(delen van de) stukken mogen door de Inspecteur worden onthouden aan de rechter die de hoofdzaak beslist en aan de wederpartij; zowel de rechter die de hoofdzaak beslist als de wederpartij nemen geen kennis van deze (delen van) stukken en deze blijven bij de beslissing van de hoofdzaak geheel buiten beschouwing (geheimhouding). (Weigering als bedoeld in lid 1 van art. 8:29 van de Awb door de Inspecteur om (delen van de) stukken aan zowel de rechter die de hoofdzaak beslist als de wederpartij over te leggen is gerechtvaardigd.)
Beperking kennisneming:de (delen van de) stukken komen wel ter beschikking van de rechter die de hoofdzaak beslist, maar de wederpartij kan geen kennis nemen van deze (delen van) stukken: de kennisneming is beperkt tot de rechter die de hoofdzaak beslist (beperkte kennisneming).
(2) ‘AMOUNT’, ‘NUMBER OF CLIENTS’, ‘ONLY CASH’, ‘AMOUNT’, ‘NUMBER OF CLIENTS’ AND ‘ONLY DEPOSITS’; (3)‘AMOUNT’, ‘NUMBER OF CLIENTS’, ‘BONDS’, ‘ONLY SECURITIES SHARES’, ‘TOTAL’; (4) ‘AMOUNT’, ‘NUMBER OF CLIENTS’, ‘CASH/DEPOSITS’, ‘CASH/DEPOSITS BONDS’, ‘PLUS SECURITIES SHARES’ AND ‘TOTAL’.
e-mailadressering), met uitzondering van de naam van [G] ;
‘checklist project Bank Zonder Naam.doc’ te beschikken.
’s-Hertogenbosch 26 juni 2014, 13/00377-GHK en 13/00471-GHK, ECLI:NL:GHSHE:2014:1944. De Inspecteur heeft voor het geheimhouden van diverse gegevens als reden aangevoerd:
17 augustus 2015 nader toegelicht. Daarbij heeft de Inspecteur aangegeven het document [nummer] .pdf niet meer te kunnen overleggen, omdat hij daarover niet meer beschikt. De geheimhoudingskamer stelt vast dat de overige bestanden zich (inmiddels) in ongeschoonde vorm in het dossier bevinden. Ten aanzien van deze laatst genoemde stukken is een beroep op artikel 8:29 van de Awb niet aan de orde.
. Slotsom
4.Beslissing
steltvast dat de applicatie ‘BZN’ een op de zaak van belanghebbende betrekking hebbend stuk is in zoverre daarin gegevens van belanghebbende zijn opgenomen, waarvoor geen gewichtige redenen tot geheimhouding bestaan en waarvoor de Inspecteur heeft voldaan aan de op de hem uit hoofde van art. 8:42 van de Awb rustende verplichting tot overlegging ervan door de werking van de applicatie te tonen ter zitting;
steltvast dat de vorenbedoelde checklist en de stukken met betrekking tot de onderbouwing van het (groei)percentage van 23,5% op de zaak betrekking hebbende stukken zijn en dat de Inspecteur in zoverre niet heeft voldaan aan de op de hem uit hoofde van art. 8:42 van de Awb rustende verplichting tot overlegging van alle op de zaak van belanghebbende betrekking hebbende stukken;
verstaatdat de door de Inspecteur aangevoerde redenen voor (gedeeltelijke) geheimhouding van de aan geheimhoudingskamer overgelegde onder 1.19 onder I tot en met VII genoemde stukken gerechtvaardigd zijn;
bepaaltdat gedeeltelijke geheimhouding van de onder 1.19 onder I tot en met VII genoemde stukken in de door de Inspecteur voorgestane zin gerechtvaardigd is;
verzoektde Inspecteur uiterlijk binnen vier weken na verzending van deze uitspraak schriftelijk aan de geheimhoudingskamer mede te delen welke consequenties hij aan de beslissing van de geheimhoudingskamer, dat de Inspecteur niet alle op de zaak betrekking hebbende stukken heeft overgelegd omdat de stukken met betrekking tot de onderbouwing van het (groei)percentage van 23,5% door hem niet zijn overgelegd, verbindt;
verwijstde zaken naar de meervoudige Kamer die de hoofdzaken behandelt nadat de Inspecteur de geheimhoudingskamer in vorenbedoelde zin heeft geïnformeerd en stelt de procesdossiers, met uitzondering van de aan de geheimhoudingskamer overgelegde ongeschoonde stukken, daarna ter beschikking aan die Kamer.
14 september 2007, nr. 43 294, ECLI:NL:HR:2007:BB3489).