Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Uitspraak van 9 januari 2024
[X] te [Z] , belanghebbende,
de inspecteur van de Belastingdienst, de Inspecteur,
Procesverloop
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar;
- verlaagt de naheffingsaanslag tot € 2.969 en verlaagt de rentebeschikking dienovereenkomstig;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde uitspraak op bezwaar;
- veroordeelt verweerder tot vergoeding van immateriële schade tot een bedrag van € 465;
- veroordeelt de Staat tot vergoeding van immateriële schade tot een bedrag van € 535;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 1.518;
- draagt verweerder op het door eiser betaalde griffierecht van € 178 aan hem te vergoeden.”
Feiten
Oordeel van de Rechtbank
Historische nieuwprijs
Geschil in hoger beroep en conclusies van partijen
- primair tot vernietiging van de naheffingsaanslag; en
- subsidiair tot vermindering van de naheffingsaanslag,
Beoordeling van het hoger beroep
magworden gehouden. In zijn uitspraak van 15 december 2022, ECLI:NL:GHDHA:2022:2696, heeft het Hof reeds geoordeeld dat niet van een aftrek “marktsituatie handelaar” en “marktsituatie” kan worden uitgegaan zonder daarvoor een onderbouwing of nader bewijs voor het individuele geval te geven (zie in deze zin ook Hof Den Haag 13 juli 2023, ECLI:NL:GHDHA:2023:1452). Een dergelijke onderbouwing heeft belanghebbende niet gegeven. De taxateur van belanghebbende heeft voor deze aftrek evenmin aanleiding gezien. Belanghebbende heeft eerst in de beroepsfase (ongemotiveerd) om toepassing van de koerslijst EurotaxGlass’s en om deze aftrek gevraagd. De Inspecteur is voor dit geval uit coulance (“om van de zaak af te zijn”) tegemoetgekomen aan het verzoek van belanghebbende en heeft in eerste aanleg alsnog ingestemd met toepassing van de koerslijst EurotaxGlass’s met de bijbehorende aftrek.