ECLI:NL:GHARL:2024:871
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bestuurdersaansprakelijkheid van een stichting in het kader van huurachterstanden en herstelkosten
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, staat de aansprakelijkheid van een bestuurder van een stichting centraal in het kader van huurachterstanden en herstelkosten. De appellant, die als bestuurder van de Stichting [naam1] fungeert, heeft hoger beroep ingesteld tegen een eerdere uitspraak van de kantonrechter. De kantonrechter had de stichting en de appellant hoofdelijk veroordeeld tot betaling van huurachterstanden en herstelkosten na de ontdekking van een hennepkwekerij in het gehuurde pand. De appellant betwistte zijn aansprakelijkheid en stelde dat hij niet persoonlijk betrokken was bij de illegale activiteiten die tot de schade hadden geleid.
Het hof heeft vastgesteld dat de appellant niet onrechtmatig heeft gehandeld jegens de verhuurder, Kedru Holding B.V. Het hof oordeelde dat er onvoldoende bewijs was dat de appellant persoonlijk betrokken was bij de hennepkwekerij. Bovendien werd geconcludeerd dat de appellant geen ernstig verwijt kon worden gemaakt voor het handelen van de stichting. Het hof vernietigde de eerdere veroordelingen van de kantonrechter die betrekking hadden op de herstelkosten en proceskosten, en wees de vorderingen van Kedru tegen de appellant af. Kedru werd als in het ongelijk gestelde partij veroordeeld tot betaling van de proceskosten in hoger beroep.
Deze uitspraak benadrukt de hoge drempel voor de aansprakelijkheid van bestuurders van stichtingen en vennootschappen, waarbij persoonlijke betrokkenheid en ernstig verwijt noodzakelijk zijn voor aansprakelijkheid. Het hof heeft de eerdere beslissingen van de kantonrechter gedeeltelijk bekrachtigd, maar de vorderingen tegen de appellant afgewezen, wat de bescherming van bestuurders in dergelijke situaties onderstreept.