2.12.De FIOD heeft een proces-verbaal met dagtekening 24 februari 2020 opgemaakt, getiteld ‘Algemeen dossier Onderzoek [naam8] ’ inzake de VOF, belanghebbende en de echtgenoot. Er zijn drie zogenaamde zaaksdossiers opgesteld, namelijk (Gewoonte)Witwassen, Onjuiste administratie en Belastingfraude. In het Algemeen dossier is, voor zover van belang, het volgende vermeld:
“
“2.2 Vermoedelijke wijze van frauderen
(…)
Strafrechtelijk onderzoek
Uit het strafrechtelijk onderzoek komt, op basis van feiten en omstandigheden, naar voren dat:
- De administratie van verdachte vof [naam5] (V-001) niet voldoet aan de eisen die in het algemeen aan een administratie worden gesteld en ook niet aan de bijzondere eisen die aan een administratie van een handelaar in goud/gouden voorwerpen worden gesteld.
o De in- en verkoopfacturen zijn niet voorzien van een doorlopend factuurnummer. Controle op volledige verantwoording van in- en verkoop is doordoor niet mogelijk.
o Relevante gegevens over gewicht, goudgehalte en prijs per eenheid ontbreken veelvuldig.
o Gebleken is dat deze gegevens wel worden vastgesteld door verdachte vof [naam5] (V-001) maar deels niet worden bewaard en de wel bewaarde gegevens worden niet opgenomen in de administratie die naar de boekhouder is gegaan en die voor controle aan de Belastingdienst is overgelegd
o Het vermoeden bestaat dat kasbladen en doordrukbonnen van inkopen van particulieren (deels) eerst na afloop van de maand worden opgemaakt. Kastellingen/kascontroles zijn niet gebleken.
o Daadwerkelijke opnamen van contant geld voor privé vermoedelijk niet zijn genoteerd maar pas bij het opmaken van het kasblad worden bepaald.
o De inkoopregisters over de periode 1 januari 2012 tot 4 februari 2017 nagenoeg geen gegevens bevatten over uiterlijke kenmerken, gewicht, merk of (serie)nummers. Hiermee wordt niet (volledig) voldaan aan de verplichtingen zoals opgenomen in het uitvoeringsbesluit ex artikel 437 eerste lid van het Wetboek van Strafrecht.
o Na de start (7 februari 2017) van het boekenonderzoek van de Belastingdienst meer gegevens worden bijgehouden in het inkoopregister.
o Op basis van, in de papierversnipperaar, aangetroffen papiersnippers het vermoeden bestaat dat de inkopen van particulieren eerst met kladaantekeningen worden bijgehouden alvorens over te nemen in het inkoopregister. In de overname van de kladaantekeningen naar het inkoopregister zijn verschillen geconstateerd.
o Een voorraadadministratie ontbreekt en dat de jaarlijkse voorraadinventarisatie in enkele regels op één A4-tje wordt vastgelegd. Hierdoor ontbreken essentiële en relevante gegevens in de administratie waardoor verbandscontroles onmogelijk zijn.
o De rekening-courantverhouding tussen verdachte vof [naam5] (V-001) en haar handelspartner [de handelaar] in [plaats1] (VAE), zoals die is opgenomen in de boekhouding van verdachte vof [naam5] (V-001), niet klopt. Er zijn door de boekhouder aantoonbaar foutieve boekingen opgenomen in de rekening-courant.
o De schriftelijke verklaring op naam van [de handelaar] over de hoogte van de schuld van verdachte vof [naam5] (V-001) aan [de handelaar] komt overeen met hoogte van de rekeningcourant. Dit is, gelet op de aantoonbaar foutieve boekingen, niet mogelijk.
o Het vermoeden is dat verdachte [de echtgenoot] (V-002) het saldo van de rekening-courant doorgeeft aan [de handelaar] en dat [de handelaar] dit saldo overneemt in zijn verklaring.
- Er volgens de boekhouding van verdachte vof [naam5] (V-001) meer sloopgoud is uitgevoerd naar België en [plaats1] dan werd ingekocht van particulieren en andere ondernemers.
o Het onverklaarbare verschil is bijna 10,5 miljoen euro.
- Er, naast bovenstaande onverklaarbare verschil, bij de doorzoeking ter inbeslagname op 28 november 2018 zes (6) baren sloopgoud en vier (4) baren zuiver goud werden aangetroffen onder/achter een kast.
o De herkomst en wie de eigenaar is van deze 10 baren (sloop)goud is niet te verklaren uit boekhouding van verdachte vof [naam5] (V-001).
o De waarde van deze 10 baren (sloop)goud bedroeg op 28 november 2018 € 231.674.
- Er na uitvoer en raffinage van sloopgoud uit België ruim 32 kilo zuiver goud terug werd ontvangen door verdachte vof [naam5] (V-001).
o Het onverklaarbaar is waar naar toe en/of aan wie het zuiver goud is vervreemd.
o De waarde van dit zuivere goud bedroeg ruim 1,2 miljoen euro.
- Er vanuit [plaats1] 21 karaat sieraden worden ingevoerd.
o Er is een verschil geconstateerd tussen de hoeveelheid ingevoerde sieraden en de, volgens de boekhouding van verdachte vof [naam5] (V-001), aan particulieren en andere ondernemers verkochte sieraden.
o Het verschil kan niet worden verklaard aan de hand van de door verdachte vof [naam5] (V- 001) jaarlijks vastgestelde voorraad per 31 december.
o Onverklaard/onbekend is gebleven aan wie/waar naar toe de 21 karaat sieraden zijn vervreemd en hoe verdachte vof [naam5] (V-001) "betaald" is.
o De waarde van het onverklaarbare verschil door de Belastingdienst is vastgesteld op ruim 5,2 miljoen euro.
- [de handelaar] in [plaats1] contante betalingen in US Dollars (bijna 1,5 miljoen) en Euro's (€ 9.500) AMB-023 heeft ontvangen en dat deze contante betalingen in [plaats1] zijn bijgeschreven op de rekeningen-courant tussen [de handelaar] en de verdachten vof [naam5] (V-001) en [de echtgenoot] (V-002).
o Onverklaard en onbekend is gebleven van wie de betalingen afkomstig zijn en in welke hoedanigheid ze zijn gedaan.
o De bijschrijvingen zijn niet opgenomen in de boekhouding van verdachte vof [naam5] (V- 001).
o Verdachte vof [naam5] (V-001) heeft geen meldingen van ongebruikelijke transacties gedaan terwijl zij wel een (meldingsplichtige) instelling is in zin van de WWFT.
- [de handelaar] in [plaats1] een uitvoerige administratie bijhoudt van de rekeningen-courant tussen
hem en de verdachten vof [naam5] (V-001) en [de echtgenoot] (V-002).
o De gegevens uit de rekeningen-courant in [plaats1] wijken substantieel af van de boekhouding in Nederland en komen niet overeen met de schriftelijke verklaring op naam van [de handelaar] die verdachte vof [naam5] (V-001) heeft opgenomen in haar boekhouding.
o Er, in tegenstelling tot de schuld die alle jaren is opgenomen in de boekhouding van verdachte vof [naam5] (V-001) in Nederland, afwisselend sprake is van vorderingen op en schulden aan [de handelaar] .
- Verdachte vof [naam5] (V-001) in september 2016 het bedrijfspand, dat zij tot op dat moment huurden, heeft gekocht. Ten aanzien van de lening die zij daarvoor hebben afgesloten bij [de handelaar] bestaat het vermoeden dat het een loan-backlening is.
o [de handelaar] heeft het bedrag van € 600.000 afgeschreven van de rekening-courant waarop ook de normale handelstransacties met verdachte vof [naam5] (V-001) worden bijgehouden.
o Er is tegenover de lening geen zekerheid gesteld.
o Ondanks het ontbreken van zekerheid bedraagt de rente maar 3%.
o Verdachte vof [naam5] (V-001) ( [de zoon] ) heeft een aflossingsschema op jaarannuïteit opgesteld. De jaarlijks verschuldigde rente wordt als kosten ten laste van het resultaat gebracht.
o De jaarlijkse annuïteit van € 50.000 is in 2017 en 2018 door [de handelaar] volledig bijgeschreven op de rekening-courant. Er is niet geconstateerd dat [de handelaar] rentetegoeden op de rekening-courant opneemt of dat vanuit het bedrag van € 50.000 verschuldigde rente wordt afgeschreven.
o Behoudens een schriftelijke verklaring van [de handelaar] , die door beide partijen is ondertekend, zijn er geen andere schriftelijke en/of notariële vastleggingen van de lening aangetroffen/in beslag genomen.
o Ten tijde van de verstrekking van de € 600.000 hadden de verdachten vof [naam5] (V-001) en [de echtgenoot] (V-002) per saldo een vordering op [de handelaar] .”