Uitspraak
1.Geding in cassatie
2.Uitgangspunten in cassatie
Voor het bepalen van het hiervoor bedoelde bedrag aan bpm heeft belanghebbende gebruik gemaakt van de waardegegevens van een personenauto van hetzelfde merk maar een ander model (het basismodel) uit de in de handel algemeen toegepaste koerslijst Eurotaxglass’s. Verder heeft zij gebruik gemaakt van een afschrijvingspercentage (54,09) dat zij had berekend aan de hand van de waardegegevens van een in haar ogen vergelijkbare personenauto van een ander merk die zij heeft ontleend aan de eveneens in de handel algemeen toegepaste koerslijst XRAY.
3.De oordelen van het Hof
4.Beoordeling van het in het incidentele beroep voorgestelde middel
Dit is niet anders indien de heffing van bpm de registratie betreft van een gebruikte, uit een andere lidstaat overgebrachte personenauto. Het recht van de Unie moet echter wel worden geacht ten uitvoer te zijn gebracht wanneer de inspecteur of in voorkomend geval de rechter, tot de slotsom komt dat toepassing van de Wet heeft geleid tot een bezwarend besluit waarmee de grens is overschreden die artikel 110 VWEU aan de nationale bevoegdheid stelt.Anders dan het middel betoogt, zijn in die situatie de algemene rechtsbeginselen van Unierecht, waaronder het Unierechtelijke verdedigingsbeginsel, wel van toepassing. [2] Daarbij is niet van belang of de belastingplichtige zich al voorafgaande aan het opleggen van de naheffingsaanslag, of pas in een later stadium op artikel 110 VWEU heeft beroepen.