Uitspraak
Centraal Beheer
1.Het verdere verloop van de procedure in hoger beroep
2.De kern van de zaak
3.Het oordeel van het hof
“Heeft u of een andere belanghebbende bij de verzekering ooit eerder schade geleden en geclaimd bij een verzekeringsmaatschappij?”Daarop heeft [appellante] bevestigend geantwoord en gewezen op twee eerdere inbraken en een kofferdiefstal op vakantie.
“ooit eerder”,
“schade geleden”en
“geclaimd”zijn voor een doorsnee verzekerde nogal diffuus. Hoeveel jaar wilde de onderzoeker teruggaan en behoorde of kon de verzekerde teruggaan? Een gemiddelde verzekerde zal een aansprakelijkheidstelling door een derde (waarbij de verzekerde de claim vervolgens neerlegt bij de aansprakelijkheidsverzekeraar) niet direct aanmerken als een schadeclaim van zichzelf. Het begrip
“claimen”loopt van het zachtere
“aanspraak maken op”tot het hardere
“opeisen”en alles wat daartussen ligt. In dit interview ging het steeds over schade door de inbraak. Dan ligt het, zoals de onderzoeker van Achmea destijds redelijkerwijs behoorde te begrijpen, voor de hand dat [appellante] als verzekerde deze vraag betrok op
“eigen”schade, zoals eerdere inbraken en, eventueel, een (koffer)diefstal. Had Achmea meer willen weten, dan had zij [appellante] heel wat concreter moeten bevragen over de periode, de soorten van de betrokken verzekeringen en aanspraken en verder over de gebeurtenissen die in dat verband van belang waren.
“al dan niet bewust, op diverse punten geen openheid van zaken (heeft) gegeven waardoor de zaken anders werden gepresenteerd”. Ook [naam1] was dus niet overtuigd van een bewuste bedoeling tot verzekeringsfraude. Dit alles sluit niet uit dat gestolen is wat [appellante] aan de politie heeft opgegeven. Het is niet onbegrijpelijk dat Achmea op enig moment is gaan twijfelen over de bedoelingen van [appellante] , maar Achmea, op wie in dit opzicht stelplicht en bewijslast rust, heeft uiteindelijk op dit punt onvoldoende aan de hand van feiten en/of omstandigheden aannemelijk gemaakt dat sprake is van verzekeringsfraude.
“Het is mogelijk dat een verzekeraar binnen de Achmea Groep u daarom niet wil verzekeren.”
Wij moeten aangeven waarom het redelijk is dat de verzekering stopt.
Bijvoorbeeld omdat u niet meewerkt aan een onderzoek dat wij doen.
Bijvoorbeeld omdat u voor ons belangrijke informatie niet geeft terwijl wij er om vragen.
Wij mogen ook alle andere verzekeringen stoppen, die op het polisblad staan.”