Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
12 november 2019
1.Ontstaan en loop van het geding
2.De vaststaande feiten
3.Het geschil
4.Beoordeling van het geschil
5.Proceskosten
6.Beslissing
- verklaart het hoger beroep ongegrond;
- beslist dat, indien de vergoeding van immateriële schade van € 2.500 wegens overschrijding van de redelijke termijn in bezwaar en beroep niet tijdig is vergoed door de Inspecteur, de wettelijk rente daarover is gaan lopen vier weken na de datum waarop de Rechtbank haar uitspraak heeft gedaan,
- beslist dat, indien het bedrag van de door de Rechtbank toegekende proceskostenvergoeding van € 1.002 niet tijdig door de Inspecteur is vergoed, de wettelijke rente daarover is gaan lopen vier weken na de datum waarop de Rechtbank haar uitspraak heeft gedaan, en
- beslist dat, indien het voor de behandeling van de beroepen betaalde griffierecht van € 666 niet tijdig door de Inspecteur is vergoed, de wettelijke rente daarover is gaan lopen vier weken na de datum waarop de Rechtbank haar uitspraak heeft gedaan.