In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 11 juli 2017 uitspraak gedaan in het hoger beroep van belanghebbende, [X] [Z], tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland. De zaak betreft een informatiebeschikking die door de Inspecteur van de Belastingdienst is vastgesteld met betrekking tot de aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (IB/PVV) en de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet over het jaar 2010. De Inspecteur had vragen gesteld over een buitenlandse bankrekening bij de Kredietbank Luxembourg, die belanghebbende in 1994 had afgesloten. Belanghebbende heeft de vragen van de Inspecteur niet naar behoren beantwoord, wat leidde tot de informatiebeschikking. De rechtbank Gelderland verklaarde het beroep van belanghebbende ongegrond, waarna hij in hoger beroep ging. Het Hof heeft vastgesteld dat belanghebbende niet in staat was om de gevraagde informatie te verstrekken, omdat de bankrekening meer dan tien jaar geleden was afgesloten en de gegevens niet meer beschikbaar waren. Het Hof oordeelde dat de Inspecteur niet aannemelijk had gemaakt dat belanghebbende de informatie had kunnen verstrekken. De informatiebeschikking werd vernietigd, en het Hof oordeelde dat belanghebbende niet verplicht kon worden om gegevens te verstrekken waarover hij niet beschikte. Tevens werd de Inspecteur veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten en het griffierecht aan belanghebbende.