Uitspraak
30 mei 2017
[Z](hierna: belanghebbende)
inspecteurvan de
Belastingdienst/Kantoor Arnhem(hierna: de Inspecteur)
1.Ontstaan en loop van het geding
2.De vaststaande feiten
[a-bank] , inclusief het voorwaardelijk stemrecht (onder opschortende voorwaarden) op de aandelen.”
Looptijd: het krediet in rekening-courant wordt u tot wederopzegging verstrekt.
- verpanding inventaris, voorraden en bedrijfsvorderingen ( [L] B.V.);
- verpanding inventaris, voorraden en bedrijfsvorderingen ( [H] B.V.);
[Hof: [H] en [L] ] de bij de vennootschap aanwezige reserves per 31 december 2004 worden uitgekeerd aan hun respectievelijke aandeelhouders en het totaal
aanwezige eigen vermogen per vennootschap worden teruggebracht tot de eerder genoemde EUR 175.000. Dit betekent dat Vennootschap 1 [Hof: [H] ] een uitkering zal verrichten gelijk aan de omvang van het Eigen Vermogen per 30 april 2004 verminderd met een bedrag van groot EUR 175.000 (zegge: honderdvijfenzeventigduizend euro) vermeerderd met het resultaat van de vennootschap na heffing van vennootschapsbelasting over de periode 1 mei 2004 tot en met 31 december 2004. Dit betekent dat Vennootschap 2 [Hof: [L] ] een uitkering zal verrichten groot EUR 2.625.000 (zegge: tweemiljoenzeshonderdvijfentwintigduizend euro) vermeerderd met het resultaat van de vennootschap na vennootschapsbelasting over de periode 1 januari 2004 tot en met 31 december 2004. Genoemde uitkering zal zoveel mogelijk in liquiditeiten geschieden per datum vaststelling jaarrekening 2004 in 2005. Indien en voor zover niet voldoende liquide middelen aanwezig zijn, zullen voornoemde uitkeringen worden omgezet in geldleningen welke niet worden achtergesteld bij een door de koper respectievelijk de vennootschappen te verkrijgen bankfinanciering en met voorrang zal worden afgelost indien zowel de door de bank gestelde financiële ratio’s alsmede redelijke financiële ratio’s binnen de branche geldend dit toelaten.”
70.387
-betaling van een waiverfee ad. € 25.000,=;
3.Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
4.Beoordeling van het geschil
5.Proceskosten
6.Beslissing
€ 2.970, en
30 mei 2017in het openbaar uitgesproken.