Uitspraak
de gemeente,
Megahome,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
Aanvullende overeenkomst [naam bestemmingsplan]en daarbij de wijzigingsvoorstellen met betrekking tot de nieuwe geplande leveringsdata geaccepteerd. Deze fax is geredigeerd in de vorm van een aanvullende overeenkomst betreffende perceel nummer [kadastraal nummer Q] en is uiteindelijk door Megahome en de gemeente op 15 juni 2006 ondertekend geparafeerd (productie 3 zijdens Mega).
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De beoordeling van de grieven en de vordering
eerste griefdat de rechtbank Megahome niet-ontvankelijk had dienen te verklaren, nu Megahome geen belang meer heeft, aangezien zij haar vordering uit deze procedure reeds voor het uitbrengen van de dagvaarding in eerste aanleg heeft overgedragen aan Wieko B.V.
grief II) dat voor genoemd plandeel - dat het hof hierna kortheidshalve als kavel D34 zal aanduiden - weliswaar op 1 juli 2008 zou moeten leveren, doch dat de boeteclausule niet op dit kavel betrekking heeft. In
grief IIIbetoogt de gemeente dat zich voldoende heeft ingespannen om perceel [kadastraal nummer Q] te verwerven en dat zij subsidiair om die reden geen boete voor de late levering van kavel D34 is verschuldigd.
grief IVbetoogt de gemeente dat zij ook voor plandeel E Zuid geen boete verschuldigd is geraakt. Volgens de gemeente is de boete van artikel 6.6 gesteld op te late feitelijke oplevering - en niet op te late juridische levering - en is plan E reeds in juni 2006, althans vóór 1 juli 2008 feitelijk aan Megahome opgeleverd.
beschikbaarzijn). Megahome heeft deze uitleg in de vervolgmail van 15 juni 2006 (tevens de eerste wijziging op de overeenkomst) niet afgewezen. Ook de verdere systematiek van de overeenkomst wijst op deze uitleg: Na de bouwrijpe oplevering door de gemeente vindt ingevolge artikel 4.3 uiterlijk na vier maanden een juridische oplevering plaats aan Megahome of aan een derde aan wie Megahome de kavel heeft doorverkocht. Eerst na de juridische levering mag de bouw beginnen (artikel 4.2). In de door Megahome bepleite uitleg dat artikel 6.6. zou zien op de juridische levering door de gemeente, zou de gemeente gehouden zijn om de bouwkavels vier maanden voor de in artikel 6.6 genoemde data reeds bouwrijp op te leveren. Over een dergelijke verplichting hebben partijen nooit gecorrespondeerd of anderszins zich uitgelaten, hetgeen ook een aanwijzing oplevert voor de onaannemelijkheid van die uitleg. Artikel 4.3 van de overeenkomst verwijst nog naar een proces-verbaal van oplevering. Geen der partijen heeft voor een der deelgebieden een proces-verbaal van oplevering overgelegd. Het hof legt deze bepaling zo uit dat het proces-verbaal van oplevering uitsluitend noodzakelijk is voor het bewijs van de datum waarop het desbetreffende bouwkavel daadwerkelijk bouwrijp is opgeleverd.
grief VIbetoogt de gemeente dat een eventueel verschuldigde boete voor matiging in aanmerking komt omdat ten gevolge van het intreden van de financiële crisis in 2008 de woningmarkt per oktober 2008 volledig is ingestort, waardoor Megahome nauwelijks nog kavels heeft verkocht in het plangebied [naam bestemmingsplan] , zodat zij door de te late oplevering feitelijk geen schade heeft geleden. Om die reden heeft de Megahome zich ook altijd stil gehouden over de termijnoverschrijding bij de gemeente. Megahome wist ook dat de bouwkavels in plandeel E al lang feitelijk bouw gereed waren, omdat zij daarnaast letterlijk aan het bouwen was.