Uitspraak
Invinco,
[geïntimeerde],
1.Het geding in eerste aanleg
tussenvonnis van 25 september 2013geoordeeld dat Invinco in haar zorgplicht is tekort geschoten en dat het aangaan van deze overeenkomst aan Invinco kan worden toegerekend, zodat de door [geïntimeerde] gestelde schade – daargelaten de hoogte daarvan – in zodanig verband staat met het tekortschieten van Invinco in haar zorgplicht, dat deze, mede gezien de aard van de aansprakelijkheid en van de schade, als een gevolg van dat tekortschieten aan Invinco kan worden toegerekend.
tussenvonnis van 26 februari 2014heeft de rechtbank overwogen dat voor berekening van de schade [geïntimeerde] in de toestand dient te worden gebracht waarin hij zou hebben verkeerd zonder de tekortkoming. Hierbij dient van de hypothetische situatie te worden uitgegaan dat [geïntimeerde] bij aanvang van de beleggingsadviesrelatie eind 2008 een passend risicoprofiel was geadviseerd op grond waarvan vervolgens de advisering inzake zijn beleggingsportefeuille zou hebben plaatsgevonden. Voor vergoeding komt derhalve in aanmerking het verschil tussen de waarde van de beleggingsportefeuille indien de advisering had plaatsgevonden op grond van een passend risicoprofiel bij liquidatie van de portefeuille en de waarde die de beleggingsportefeuille heeft opgebracht (aangenomen dat liquidatie heeft plaatsgehad). De rechtbank acht aannemelijk dat ook bij een passend profiel er verliezen zouden zijn geleden, gelet op de ontwikkelingen op de beurs.
2.Het geding in hoger beroep
3.De ontvankelijkheid van het incidenteel appel
4.Het verzet tegen de wijziging van eis
5.De beslissing
dinsdag 9 december 2014voor memorie van antwoord in incidenteel appel aan de zijde van Invinco;