ECLI:NL:GHAMS:2025:381
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Effectenlease en onaanvaardbare financiële last in leaseovereenkomsten
In deze zaak, die voorligt bij het Gerechtshof Amsterdam, betreft het een hoger beroep van DEXIA NEDERLAND B.V. tegen een vonnis van de kantonrechter in Amsterdam. De zaak draait om een aantal leaseovereenkomsten die [geïntimeerde] met Dexia heeft afgesloten. [geïntimeerde] stelt dat deze overeenkomsten een onaanvaardbaar zware financiële last voor haar vormden, en vordert naast vergoeding van twee derde van de restschuld ook vergoeding van twee derde van de door haar betaalde rente, aflossing en kosten. Dexia betwist deze claims en stelt dat er geen sprake is van een onaanvaardbare financiële last. Het hof oordeelt dat de leaseovereenkomsten 4, 5 en 6 geen onaanvaardbaar zware financiële last vormden, omdat de studiekosten van de kinderen en de lijfrentepremies niet als bijzondere lasten in de berekening worden meegenomen. Het hof bevestigt de bestaande jurisprudentie omtrent de zorgplicht van Dexia en de toepassing van de hofformule voor de beoordeling van de financiële lasten. Uiteindelijk wordt het vonnis van de kantonrechter vernietigd en worden partijen veroordeeld tot betaling aan elkaar op basis van de berekeningen die voortvloeien uit het arrest.