Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.De zaak in het kort
2.Het verdere verloop van het geding
3.Verdere beoordeling
€ 973,92
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak, die betrekking heeft op effectenlease, heeft het Gerechtshof Amsterdam op 21 november 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep. De zaak betreft de beoordeling van de oneerlijkheid van een beding in de voorwaarden van Dexia, dat beëindigingskosten in rekening brengt. In een eerder tussenarrest van 22 februari 2022 had het hof partijen de gelegenheid gegeven om zich uit te laten over het al dan niet oneerlijke karakter van dit beding. Het hof concludeert nu dat het beding oneerlijk is en vernietigd dient te worden, wat gevolgen heeft voor de betalingsverplichtingen van partijen.
Het hof heeft vastgesteld dat Dexia bij alle leaseovereenkomsten een bedrag van € 110,00 aan beëindigingskosten in rekening heeft gebracht, wat in strijd is met de Richtlijn 93/13/EEG. Het hof oordeelt dat dit beding een aanzienlijke verstoring van het evenwicht tussen de rechten en verplichtingen van partijen met zich meebrengt, en dat het niet aannemelijk is dat de consument dit beding zou hebben aanvaard indien daarover eerlijk was onderhandeld. De uitspraak leidt tot de conclusie dat de in rekening gebrachte beëindigingskosten komen te vervallen.
Daarnaast heeft het hof de restschulden en de voordeelstoerekening vastgesteld. Dexia moet een bedrag van € 24.499,77 aan de consument terugbetalen, terwijl de consument een bedrag van € 1.507,99 aan Dexia moet betalen. De proceskosten worden gecompenseerd, en de kosten in hoger beroep worden toegewezen aan de consument, die als de overwegend in het ongelijk gestelde partij wordt beschouwd.