Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
Ontvankelijkheid van het openbaar ministerie
Vonnis waarvan beroep
Bewijsoverwegingen
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Beslag
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
11 (elf) jaren.
onttrekking aan het verkeervan de inbeslaggenomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
€ 15.085,09 (vijftienduizend vijfentachtig euro en negen cent)bestaande uit € 85,09 (vijfentachtig euro en negen cent) aan materiële schade en € 15.000,00 (vijftienduizend euro) aan immateriële schade, vermeerderd met de
wettelijke rentevanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer, genaamd [benadeelde], ter zake van het bewezenverklaarde een bedrag
te betalenvan
€ 15.085,09 (vijftienduizend vijfentachtig euro en negen cent)bestaande uit € 85,09 (vijfentachtig euro en negen cent) aan materiële schade en € 15.000,00 (vijftienduizend euro) aan immateriële schade, vermeerderd met de
wettelijke rentevanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
gijzelingop ten hoogste
110 (honderdtien) dagen. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
aanvangsdatumvan de
wettelijke rentevoor de materiële en de immateriële schade op
16 juli 2019.