ECLI:NL:GHAMS:2018:1292
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Tussenbeschikking inzake prejudiciële vragen in hoger beroep van Ameco B.V.
In deze zaak, die voorligt bij het Gerechtshof Amsterdam, betreft het een hoger beroep van de Amsterdam Meat Company (Ameco B.V.) tegen een eerdere beschikking. De zaak heeft betrekking op een verzoek om prejudiciële vragen die zijn geformuleerd in een eerdere beschikking van het hof op 16 januari 2018. De appellante, Ameco B.V., vertegenwoordigd door advocaat mr. C.I.M. Molenaar, heeft in de procedure gereageerd op de rechtsoverwegingen van het hof en heeft haar standpunt toegelicht. De geïntimeerde, vertegenwoordigd door mr. S. Karakaya-Pilavci, heeft eveneens gereageerd op de uitlatingen van Ameco.
Het hof heeft op 30 januari 2018 partijen de gelegenheid gegeven om zich uit te laten over de rechtsoverwegingen 3.8.1 tot en met 3.8.5 van de beschikking van 16 januari 2018. Na de reacties van beide partijen heeft het hof geconcludeerd dat er geen aanleiding is om terug te komen op de eerder geformuleerde prejudiciële vragen. Het hof heeft besloten om de Hoge Raad te verzoeken de behandeling van deze vragen te hervatten. De beslissing is op 17 april 2018 openbaar uitgesproken door de meervoudige burgerlijke kamer, bestaande uit de rechters R.J.F. Thiessen, G.C. Boot en I.A. Haanappel-van der Burg.
De beschikking houdt iedere verdere beslissing aan, wat betekent dat het hof afwacht op de reactie van de Hoge Raad op het verzoek tot hervatting van de behandeling van de prejudiciële vragen. Deze zaak is van belang voor de verdere juridische beoordeling van de aan de Hoge Raad voorgelegde vragen.