ECLI:NL:CRVB:2023:2233
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over de vaststelling van het dagloon voor de Ziektewet door het Uwv
In deze zaak gaat het om de vaststelling van het dagloon van betrokkene voor de Ziektewet (ZW) door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Het Uwv heeft het dagloon vastgesteld op € 26,06, waartegen betrokkene bezwaar heeft gemaakt. De rechtbank heeft het beroep van betrokkene gegrond verklaard en het Uwv opgedragen een nieuw besluit te nemen. Het Uwv heeft hiertegen hoger beroep ingesteld. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld en geconcludeerd dat de rechtbank ten onrechte het bestreden besluit heeft vernietigd. De Raad oordeelt dat het Uwv het dagloon terecht heeft vastgesteld op € 26,06, omdat de berekening is gebaseerd op de dienstbetrekking waaruit betrokkene ziek is geworden. De Raad volgt het standpunt van het Uwv dat de rechtbank niet had moeten afwijken van de wettelijke bepalingen die de berekening van het dagloon regelen. De Raad benadrukt dat de wetgever bewust heeft gekozen voor de huidige regels en dat er geen ruimte is om deze buiten toepassing te laten in het geval van betrokkene. De uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd en het beroep van betrokkene tegen het bestreden besluit wordt ongegrond verklaard.