ECLI:NL:CRVB:2023:196
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van medeterugvorderingsbesluit in sociale zekerheidszaak
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 24 januari 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland. De zaak betreft een verzoek van appellante om terug te komen van een medeterugvorderingsbesluit dat door het college van burgemeester en wethouders van Hilversum was genomen. Appellante had een relatie met X, die bijstand ontving op basis van de Wet werk en bijstand (WWB). Het college had de bijstand van X over een bepaalde periode ingetrokken en teruggevorderd, waarbij ook appellante werd aangesproken voor een deel van de terugvordering. Appellante verzocht om herziening van het besluit, maar het college wees dit verzoek af, omdat er geen nieuwe feiten of veranderde omstandigheden waren. De rechtbank bevestigde deze afwijzing, waarna appellante in hoger beroep ging. De Raad oordeelde dat appellante in feite opnieuw de discussie over de juistheid van het oorspronkelijke besluit wilde voeren, wat niet mogelijk was zonder nieuwe feiten. De Raad concludeerde dat het bestreden besluit niet evident onredelijk was en bevestigde de uitspraak van de rechtbank. De Raad wees erop dat de afwijzing van het verzoek om herziening niet betekent dat het oorspronkelijke besluit onredelijk was, maar dat er geen grond was om het bestreden besluit te herzien.