“[...]. De navolgende spullen van een volwassen man (waarvan wij [appellante] ook horen zeggen dat het [ [X.] ] betreft) worden in de navolgende ruimten gevonden [...]:
Slaapkamer [appellante]
• De kledingkast is voor de ene helft (links) ingericht met een volledige garderobe van [ [X.] ]. Wij zien o.a. van [ [X.] ] in deze kast: 15 onderbroeken, 5 pyjama’s, een stropdas,
6 nieuwe werkoverhemden (van het busbedrijf [naam busbedrijf] ) - nog in plastic verpakt; wij horen [appellante] zeggen dat de werkgever van [ [X.] ] deze bloezen direct naar het adres van [appellante] heeft gestuurd, 1 zwarte ribbroek, een paar nieuwe herenschoenen in een doos en een onderste la met minimaal 12 paar sokken en een aantal onderbroeken. In het nachtkastje naast het 2-persoonsbed van [appellante] aan de rechterzijde zien wij o.a. van [ [X.] ] liggen: een [naam busbedrijf] -certificaat met zijn naam erop, een tijdschrift ‘op de rails’.
[Appellante] vertoont in deze fase van het huisbezoek enige aarzeling om verder mee te werken. Daarom verlaten wij op dat moment een paar seconden de woning van [appellante], om daarna de woning opnieuw te betreden met goedkeuring van [appellante], maar nu wordt het informed consent ‘met aanleiding’ getekend door [appellante] om 21.10 [lees: 21.35] uur (zie bijlagen). Aan [appellante] wordt wederom bovenstaande procedure doorlopen, met dat verschil dat haar expliciet wordt uitgelegd door [ [A.] ] dat weigering van inzage in de woning nu wel gevolgen kan hebben voor haar recht op bijstand. Wij horen [appellante] zeggen dat ze dit begreep.
Wij vragen [appellante] vervolgens of we foto’s mogen nemen van de spullen die wij zien. Wij horen [appellante] zeggen dat dit mag [...]. Als eerste worden de foto’s in de slaapkamer genomen. Daarna vragen wij [appellante] of we de overige ruimten mogen zien, hier ook foto’s mogen maken en of [appellante] voorop wil gaan. [Appellante] leidt ons de verdere woning door.
Gang
In de gang zien wij het volgende
• Een winterjas van een man in een kledingkast, waarvan wij [appellante] ook horen zeggen dat deze van [ [X.] ] is.
In de gang bij de voordeur van [appellante] zien wij ook een jas van een man hangen, waarvan wij [appellante] ook horen zeggen dat deze van [ [X.] ] is.
In de badkamer zien wij het volgende
• Twee tandenborstels (waarvan wij [appellante] ook horen zeggen dat een tandenborstel van [ [X.] ] is), en twee flessen mannen douchespul [...]
In de andere kamer ‘van [X.] ’- zoals wij [appellante] horen zeggen - staan erg veel dozen met treinen en andere hobbypakketten en bouwpakketten van treinen. [X.] heeft treinen als hobby en [X.] heeft ook te weinig opbergruimte, horen wij [appellante] zeggen. [...] Letterlijk de halve kamer staat ermee vol [...]. Ook de kasten staan vol met deze dozen van treinen van [X.] . Ook staat er een computer van [X.] (dit horen wij [appellante] zeggen) in deze kamer.
In de woonkamer zien wij tussen de papieren op het bureau van [appellante] enkele papieren liggen met de naam [ [X.] ] erop [...]; b. v . e.o.a. rijdopdracht van de Stichting [naam Stichting] .
De eerder genoemde verklaring van [appellante] wordt nog afgerond doordat [appellante] deze doorleest en ondertekend. Ook [A.] en [B.] ondertekenen de verklaring. [A.] geeft [appellante] hierna aan dat [A.] [...] nog een buurtonderzoek wil uitvoeren. [Appellante] geeft aan hier geen problemen mee te hebben. [...]”