ECLI:NL:CRVB:2018:2997
Centrale Raad van Beroep
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om wraking van de behandelend rechter in hoger beroep inzake sociale zekerheidswetgeving
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 24 september 2018 uitspraak gedaan over een verzoek tot wraking van de behandelend rechter, mr. M. Greebe, door verzoeker. Verzoeker had hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 2 december 2015. De behandeling van het hoger beroep was gepland op 30 juli 2018, maar verzoeker verzocht om uitstel vanwege een operatie op 12 juli 2018. Dit verzoek om uitstel werd afgewezen, waarna verzoeker op 29 juli 2018 een wrakingsverzoek indiende tegen de behandelend rechter. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat verzoeker niet aannemelijk had gemaakt dat er sprake was van vooringenomenheid bij de rechter. De Raad benadrukte dat het aan verzoeker was om gewichtige redenen aan te voeren voor het uitstel, en dat de beslissing van de rechter om geen uitstel te verlenen een procedurele beslissing was die niet onderhevig was aan wraking. De Raad concludeerde dat er geen uitzonderlijke omstandigheden waren die de onpartijdigheid van de rechter in twijfel trokken, en wees het wrakingsverzoek af. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.