ECLI:NL:CBB:2025:114
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Herzieningsverzoek subsidie TVL COVID-19 en de beoordeling van nieuwe feiten
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven op 4 maart 2025, met zaaknummers 24/54, 24/55 en 24/56, wordt het herzieningsverzoek van een onderneming behandeld die subsidie had aangevraagd op grond van de Regeling subsidie vaste lasten financiering COVID-19 (TVL). De minister van Economische Zaken had eerder een subsidie van € 48.149,88 verleend voor het vierde kwartaal van 2020, maar deze later vastgesteld op € 0,- en een voorschot teruggevorderd. De onderneming verzocht om herziening van dit besluit, evenals van afwijzingsbesluiten voor andere kwartalen. De minister had de herzieningsverzoeken afgewezen, stellende dat er geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden waren die een herziening rechtvaardigden. Het College oordeelt dat het standpunt van de minister juist is, aangezien een gewijzigd standpunt naar aanleiding van nieuwe rechtspraak niet kan worden aangemerkt als nieuw feit of veranderde omstandigheid. De afwijzing van de herzieningsverzoeken is niet evident onredelijk, en de beroepen van de onderneming worden ongegrond verklaard. De minister hoeft geen proceskosten te vergoeden.