ECLI:NL:CBB:2023:649
College van Beroep voor het bedrijfsleven
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van subsidieaanvragen op basis van de Regeling subsidie vaste lasten financiering COVID-19 met betrekking tot omzetverlies
In deze uitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven op 21 november 2023, met zaaknummers 22/2180 en 23/35, staat de beoordeling van subsidieaanvragen op basis van de Regeling subsidie vaste lasten financiering COVID-19 (TVL) centraal. De minister van Economische Zaken en Klimaat had de subsidie voor de periodes Q1 en Q2 van 2021 vastgesteld op € 0,-, omdat de onderneming niet voldeed aan de voorwaarde van ten minste 30% omzetverlies. De onderneming had eerder subsidie ontvangen, maar na beoordeling van de omzetgegevens door de Belastingdienst bleek dat het omzetverlies in beide kwartalen minder was dan het vereiste minimum. De onderneming voerde aan dat de minister te streng had gehandeld en dat de uitbreiding van het aantal hotelkamers niet in aanmerking was genomen bij de berekening van de omzet.
De rechtbank oordeelde dat de minister terecht had vastgesteld dat er geen sprake was van het vereiste omzetverlies. De TVL biedt geen ruimte voor uitzonderingen op deze regel, en de minister had de gegevens van de Belastingdienst als uitgangspunt mogen nemen. De onderneming had geen gronden aangevoerd tegen de terugvordering van de voorschotten, en de beroepen werden ongegrond verklaard. De uitspraak benadrukt het belang van de strikte toepassing van de regels rondom de TVL en de gevolgen voor ondernemers die niet aan de voorwaarden voldoen.
De uitspraak is van belang voor andere ondernemers die in vergelijkbare situaties verkeren, aangezien het College bevestigt dat de regels van de TVL niet alleen bedoeld zijn om steun te bieden, maar ook om te waarborgen dat deze steun op een eerlijke en consistente manier wordt verdeeld. De uitspraak onderstreept ook dat de minister in zijn beoordeling van de aanvragen niet onredelijk heeft gehandeld en dat de strikte toepassing van de regels noodzakelijk is voor de uitvoerbaarheid van de regeling.