ECLI:NL:RBZWB:2023:7854
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de ontvankelijkheid van bezwaar en zelfstandigenaftrek in belastingzaken
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 10 november 2023, worden de beroepen van de belanghebbende tegen de uitspraken op bezwaar van de inspecteur van de belastingdienst beoordeeld. De belanghebbende, een fysiotherapeut, heeft bezwaar gemaakt tegen de aanslagen in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor de jaren 2018 en 2019. De inspecteur heeft het bezwaar tegen de aanslag voor 2018 niet-ontvankelijk verklaard en de zelfstandigenaftrek voor beide jaren geweigerd. De rechtbank oordeelt dat de inspecteur terecht het bezwaar niet-ontvankelijk heeft verklaard, omdat het bezwaar te laat was ingediend. De rechtbank concludeert dat de belanghebbende niet voldoet aan het urencriterium voor de zelfstandigenaftrek, omdat de uren besteed aan de opleiding osteopathie niet meetellen voor de zakelijke belangen van zijn onderneming. De rechtbank verklaart de beroepen ongegrond, wat betekent dat de aanslagen en de belastingrente blijven staan. De belanghebbende krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten.