Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
“Tijdens de bespreking van 17 oktober 2018 is duidelijk geworden dat [adviseur] feitelijk uitsluitend de door [belanghebbende] aangedragen gegevens verwerkt in de aangiften loonheffingen. De bepaling in hoeverre bepaalde looncomponenten belast dienen te worden wordt volledig door [belanghebbende] zelf gedaan. [adviseur] checkt dit niet en voorziet zijn cliënt ook in het geheel niet van fiscaal advies.”Ter zitting is door de adviseur bevestigd dat deze passage de wijze van samenwerking tussen hem en belanghebbende juist weergeeft, dat belanghebbende kennis heeft genomen van het rapport van het eerste boekenonderzoek en voorts dat de adviseur de controlebevindingen in het eerste rapport met belanghebbende heeft afgestemd alvorens hij richting de controlerend ambtenaren heeft verklaard met de controlebevindingen akkoord te zijn.
3.Geschil
4.Beoordeling van het geschil
5.Proceskosten
6.Beslissing
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden: