Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 januari 2022 in de zaak tussen
[naam eiser] (eiser) en [naam eiseres] (eiseres), beiden te [plaatsnaam] , eisers,
Procesverloop
1 mei 2018 tot en met 31 mei 2018 en van 1 november 2011 tot en met 30 november 2011 en de over de periode te veel betaalde bijstand teruggevorderd tot een bedrag van € 7.708,77.
[naam vertegenwoordiger] .
Feiten
1 november 2011 tot en met 30 november 2011 en de over deze periode te veel betaalde bijstand teruggevorderd tot een bedrag van € 7.708,77 teruggevorderd vanwege het niet melden van het handelen in auto’s.
Geschil
Beroepsgronden
Wettelijk kader
Beoordeling
31 januari 2012, ECLI:NL:CRVB:2012:BV2389)). Daarin zijn eisers naar het oordeel van het college niet geslaagd.
Conclusie
Beslissing
mr. A.M. Pasmans, griffier, op 20 januari 2022 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
Wat kunt u doen als u het niet eens bent met deze uitspraak?
Bijlage
1. Het college van de gemeente die de bijstand heeft verleend vordert de kosten van bijstand terug voor zover de bijstand ten onrechte of tot een te hoog bedrag is ontvangen als gevolg van het niet of niet behoorlijk nakomen van de verplichting, bedoeld in artikel 17, eerste lid.