RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Belastingrecht, enkelvoudige kamer
Zaaknummers BRE 20/8600 tot en met 20/8607
uitspraak van 24 september 2021
Uitspraak als bedoeld in afdeling 8.2.6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen
[belanghebbende], wonende te [woonplaats] ,
belanghebbende,
de inspecteur van de Belastingdienst,
de inspecteur.
De bestreden uitspraak op bezwaar
De uitspraak van de inspecteur van 23 mei 2018 op het bezwaar van belanghebbende tegen de aan belanghebbende opgelegde:
- voor het jaar 2012 opgelegde navorderingsaanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 180.369 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 475 en bij gelijktijdige beschikkingen opgelegde vergrijpboete van € 34.222 en in rekening gebrachte belastingrente ten bedrage van € 14.847 (aanslagnummer [aanslagnummer] H.27.01) (BRE 20/8600);
- voor het jaar 2012 opgelegde navorderingsaanslag Inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet (Zvw) naar een bijdrage-inkomen van € 50.064 en bij gelijktijdige beschikkingen opgelegde vergrijpboete van € 1.251 en in rekening gebrachte belastingrente ten bedrage van € 441 (aanslagnummer [aanslagnummer] W.27.01.4) (BRE 20/8601);
- voor het jaar 2013 opgelegde navorderingsaanslag IB/PVV naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 32.574 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 184 en bij gelijktijdige beschikking in rekening gebrachte belastingrente ten bedrage van € 377 (aanslagnummer [aanslagnummer] H.37.01) (BRE 20/8602);
- voor het jaar 2013 opgelegde navorderingsaanslag Zvw naar een bijdrage-inkomen van € 18.728 en bij gelijktijdige beschikking in rekening gebrachte belastingrente ten bedrage van € 50 (aanslagnummer [aanslagnummer] W.37.01.4) (BRE 20/8603);
- voor het jaar 2014 opgelegde navorderingsaanslag IB/PVV naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 35.849 en bij gelijktijdige beschikking in rekening gebrachte belastingrente ten bedrage van € 286 (aanslagnummer [aanslagnummer] H.47.01) (BRE 20/8604);
- voor het jaar 2014 opgelegde navorderingsaanslag Zvw naar een bijdrage-inkomen van € 18.514 en bij gelijktijdige beschikking in rekening gebrachte belastingrente ten bedrage van € 35 (aanslagnummer [aanslagnummer] W.47.01.4) (BRE 20/8605);
- voor het jaar 2015 opgelegde aanslag IB/PVV naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 30.173 en bij gelijktijdige beschikking in rekening gebrachte belastingrente ten bedrage van € 343 (aanslagnummer [aanslagnummer] H.56.01) (BRE 20/8606);
- voor het jaar 2015 opgelegde aanslag Zvw naar een bijdrage-inkomen van € 20.074 en bij gelijktijdige beschikking in rekening gebrachte belastingrente ten bedrage van € 19 (aanslagnummer [aanslagnummer] W.56.01.4) (BRE 20/8607);
hierna: de (navorderings)aanslagen.
Zitting
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 3 september 2021 te Roermond. Aldaar zijn verschenen en gehoord, de gemachtigde van belanghebbende mr. S. Yadegari, verbonden aan Advocaat Sepehr te Zaandam, en namens de inspecteur, [inspecteur] en [inspecteur] .