Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
[belanghebbende] , wonende te [woonplaats] ,
de heffingsambtenaar van de gemeente [X] ,
Motivering
binnen vijftien dagen’mocht de heffingsambtenaar niet afleiden dat belanghebbende heeft willen afwijken van de tweewekentermijn. Daarbij is in aanmerking genomen (i) dat het slechts om een afwijking van een dag zou gaan en, mede gelet daarop, (ii) de heffingsambtenaar had moeten beseffen dat het zeer wel mogelijk was dat de formulering onzuiver was en belanghebbende niet wilde afwijken van de tweewekentermijn. Bijkomende omstandigheden, waaruit kan worden opgemaakt dat de heffingsambtenaar ervan mocht uitgaan dat belanghebbende met de formulering wel heeft bedoeld af te wijken van de tweewekentermijn, zijn niet gesteld.